32 563 Oostvaardersplassen

Nr. 10 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 februari 2011

Conform mijn toezeggingen tijdens het algemeen overleg van 1 december 2010 (32 563, nr. 9) en naar aanleiding van een verzoek van de vaste commissie voor EL&I van 13 januari 2011, geef ik hierbij een stand van zaken rond de grote grazers in de Oostvaardersplassen.

Afschotprotocol grote grazers

Bijgaand ontvangt u het protocol1 voor vroeg reactief beheer van grote grazers in de Oostvaardersplassen, zoals Staatsbosbeheer dat heeft vastgesteld na beoordeling door de beheeradviescommissie Oostvaardersplassen (commissie Vaarkamp). Het protocol is in overeenstemming met het advies van de commissie Gabor (ICMO-2). Het protocol geeft aan dat bij afschot rekening wordt gehouden met de conditie van een dier en met de omgevingscondities, zoals voedsel, beschutting en temperatuur. Ik vind dit protocol een goede start voor een nieuw beheer van de grote grazers in de Oostvaardersplassen. Het protocol kan in de nabije toekomst nog worden gewijzigd of aangescherpt. De noodzaak daartoe zal mede door de commissie Vaarkamp worden beoordeeld.

Sterfte en afschot

Volgens cijfers van Staatsbosbeheer bedroeg de waargenomen sterfte van grote grazers tussen 15 december 2010 en 21 januari 2011 88 dieren, waarvan 84 door afschot (72 edelherten, 11 konikpaarden, 1 Heckrund) en 4 door natuurlijke oorzaken (2 edelherten en 2 konikpaarden). Tijdens de winterse omstandigheden van enige tijd terug waren de meeste dieren nog in goede conditie. Het is echter normaal dat tot het voorjaar de conditie van de dieren afneemt. Dat is deels al zichtbaar en er wordt in zulke gevallen conform het afschotprotocol gehandeld.

Aangenomen moties VAO 8 december 2010

De motie Lodders/Ormel (32 563, nr. 2) verzoekt de regering geen grote grazers en edelherten toe te staan in het Hollandse Hout. Zoals ik eerder aangaf, zal het toelaten van grazers uit de Oostvaardersplassen in een deel van het naastgelegen Hollandse Hout hun welzijn ten goede komen. Bovendien komen er in dat deel weinig wandelaars. Tegelijk hecht ik aan lokaal draagvlak. Hoewel tweederde van de klankbordgroep Hollandse Hout het toelaten van grote grazers in het Hollandse Hout onder voorwaarden bespreekbaar vindt, wil de gemeenteraad van Lelystad geen medewerking laten verlenen aan het toelaten van de grazers. Ik zal daarom nu niet vragen of Staatsbosbeheer stappen wil zetten om het advies van de commissie Gabor op het onderdeel Hollandse Hout uit te voeren. Daarmee geef ik uitvoering aan de motie.

De motie Graus (32 563, nr. 4) verzoekt de regering om in de Oostvaardersplassen afdoende beschutting tegen extreme koude te realiseren voor alle grazers. Conform het advies van de Commissie Gabor, heeft Staatsbosbeheer inmiddels meer dan 1 kilometer aan beschuttingsrichels aangelegd en de bospercelen Driehoek en Oostvaardersbos opengesteld voor alle drie grote grazers, terwijl opening van een deel van het Kotterbos wordt voorbereid. Ik beschouw deze acties in overeenstemming met de motie.

De motie Ormel/Lodders (32 563, nr. 7) verzoekt de regering de Oostvaarderswissel niet te realiseren. Ik geef uitvoering aan de motie door op dit moment geen acties te ondernemen ter realisatie van de Oostvaarderswissel.

Beheeradviescommissie Oostvaardersplassen

Aan de formele instelling van de commissie Vaarkamp wordt nog gewerkt. Niettemin is de commissie in praktijk al voortvarend aan de slag gegaan. De reikwijdte van de adviseringstaak van de commissie zal de aspecten betreffen die in het ICMO-2-advies aan de orde komen. De commissie Vaarkamp zal Staatsbosbeheer bindend adviseren en mij rapporteren over de gegeven adviezen. De rapportages zal ik naar de Kamer zenden.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Naar boven