32 545 Wet- en regelgeving financiële markten

Nr. 136 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2021

In mijn brief van 2 juni 2021 heb ik aangekondigd dat de aanpassingen van het fiscale kwalificatiebeleid voor (buitenlandse) rechtsvormen geen onderdeel uit zullen maken van het pakket Belastingplan 2022. Deze aanpassingen zullen onderdeel zijn van een afzonderlijk wetsvoorstel dat naar verwachting in de winter zal worden aangeboden aan uw Kamer.1 De over dit onderwerp eerder dit jaar gehouden internetconsultatie heeft veel inhoudelijke reacties opgeleverd.2 Een groot deel van die reacties heeft betrekking op de nieuwe definitie van het fonds voor gemene rekening (FGR) in de vennootschapsbelasting. Uit die reacties blijkt dat de nieuwe definitie voor het FGR ingrijpende gevolgen kan hebben voor institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen en verzekeraars, bij de spreiding van beleggingsrisico’s.

Omdat institutionele beleggers die FGR’s gebruiken als rechtsvorm voor hun beleggingsvehikels doorgaans gebruikmaken van het regime voor fiscale beleggingsinstellingen (fbi) of vrijgestelde beleggingsinstellingen (vbi), is het wenselijk om de aanpassingen van de definitie van het FGR zoveel mogelijk in samenhang te bezien met de aanbevelingen die voortvloeien uit de voorgenomen evaluatie van het fbi- en vbi-regime. De uitkomsten van deze evaluatie worden verwacht in het eerste kwartaal van 2022. Daarom zal de aanvankelijk voorgenomen aanpassing van de definitie van het FGR geen onderdeel uitmaken van bovengenoemd wetsvoorstel, maar later worden bezien in een breder kader.

De Staatssecretaris van Financiën, J.A. Vijlbrief


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen II 2020/21, nr. 3019.

Naar boven