32 504 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2011)

Nr. 37 AMENDEMENT VAN HET LID SLOB

Ontvangen 16 november 2010

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Na artikel I, onderdeel F, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • Fa. Het in artikel 8.12, zevende lid, laatstgenoemde bedrag wordt verlaagd met € 3000.

II

Na artikel II, onderdeel C, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • D. Het in artikel 8.12, zevende lid, laatstgenoemde bedrag wordt verlaagd met € 2030.

III

Artikel IV, onderdeel F, komt te luiden:

F. Artikel 31a, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel c komt te luiden:

  • c. onderhoud en verbetering van kennis en vaardigheden ter vervulling van de dienstbetrekking, daaronder mede begrepen de inschrijving in een beroepsregister, alsmede outplacement;.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel f door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • g. de inrichting van de werkruimte in de woning, een duurzaam aan een plaats gebonden schip of woonwagen in de zin van artikel 1 van de Huisvestingswet, de aanhorigheden daaronder begrepen, van de werknemer, voor zover de waarde in het economische verkeer van die inrichting niet meer bedraagt dan € 1 815 en niet aannemelijk is dat zij niet mede dient ter vervulling van de dienstbetrekking, mits:

    • de werknemer krachtens een schriftelijk vastgelegde regeling van de inhoudingsplichtige dan wel van de inhoudingsplichtige en een of meer andere inhoudingsplichtigen ten minste eenmaal per week, gedurende de gebruikelijke werktijd en zonder dat tevens wordt gereisd naar een buiten de woning gelegen arbeidsplaats, in die werkruimte ter vervulling van de dienstbetrekking pleegt te werken met behulp van telematica, en

    • de werkruimte voldoet aan bij ministeriële regeling te stellen voorwaarden;

een en ander met inachtneming van bij ministeriële regeling te stellen nadere regels.

Toelichting

Dit amendement leidt ertoe dat, naast de in artikel 3.7, tweede lid, van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 opgenomen nihilwaardering voor voorzieningen op de werkplek thuis, een gerichte vrijstelling wordt opgenomen voor de inrichting van de werkruimte thuis.

Met dit amendement wordt de huidige telewerkregeling opgenomen binnen de systematiek van de werkkostenregeling. Het betreft de thans nog in artikel 11, eerste lid, onderdeel q, van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB 1964) opgenomen telewerkregeling, zoals die tot 1 januari 2011 geldt. In het met het onderhavige amendement voorgestelde onderdeel g van artikel 31a, tweede lid, van de Wet LB 1964 is een vrijstelling opgenomen voor de inrichting van de werkruimte die door degene van wie de werknemer inkomsten geniet, aan deze werknemer worden vergoed, verstrekt of ter beschikking gesteld. Aan deze vrijstellingen zijn nadere voorwaarden verbonden, die thans ook voor de telewerkregeling gelden. In de eerste plaats moet er de in artikel 31a, tweede lid, onderdeel g, onder 1°, van de Wet LB 1964 genoemde schriftelijke overeenkomst tussen werknemer en opdrachtgever zijn op grond waarvan de werknemer gedurende de gebruikelijke werkdagen ten minste eenmaal per week en zonder dat tevens wordt gereisd naar een buiten de woning gelegen arbeidsplaats, in die werkruimte pleegt te werken met behulp van telematica. In de tweede plaats moet zijn voldaan aan bij ministeriële regeling te stellen regels. Hierbij gaat het om de bepalingen die thans nog zijn opgenomen in artikel 9 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Allereerst is in dit artikel bepaald dat de schriftelijke overeenkomst tussen werknemer en opdrachtgever moet zijn gedagtekend en ten minste de naam en adresgegevens van de werknemer en de inhoudingsplichtige bevat, alsmede de dag of dagen waarop de werknemer in de werkruimte pleegt te werken. Voorts is bepaald dat de werkruimte moet voldoen aan de eisen die in de artikelen 5.4, 5.12 en 6.3 van het Arbeidsomstandighedenbesluit worden gesteld.

De kosten van dit amendement bedragen € 9 miljoen en worden bij dit amendement gedekt door een verlaging van het maximum van de grondslag van de doorwerkbonus met € 3 000 met ingang van 1 januari 2011 en met € 2 030 met ingang van 1 januari 2012.

Slob

Naar boven