32 500 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2011

31 855 Wijziging van de Wet op de jeugdzorg in verband met de introductie van een verwijsindex om vroegtijdige en onderling afgestemde verlening van hulp, zorg of bijsturing ten behoeve van risicojongeren die bepaalde risico’s lopen te bevorderen (verwijsindex risicojongeren)

Nr. 121 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 februari 2011

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen die het Kamerlid Van der Burg (VVD) tijdens het VWS-begrotingsdebat stelde over de mogelijkheid onterechte meldingen aan de verwijsindex risicojongeren automatisch te verwijderen (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2010–2011, nr. 20, blz. 88).

Om de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van jeugdigen te waarborgen, is het systeem van de verwijsindex geënt op twee belangrijke principes. Het eerste principe is dat een melding aan de verwijsindex vooraf moet zijn gegaan door een zorgvuldige afweging. En het tweede principe is dat er zo weinig mogelijk gegevens in de verwijsindex worden opgeslagen.

Een meldingsbevoegde professional mag een kind alleen aan de verwijsindex melden als hij een redelijk vermoeden heeft dat het kind door één van de in de wet genoemde risico’s daadwerkelijk in de noodzakelijke condities voor een gezonde en veilige ontwikkeling naar volwassenheid wordt bedreigd. Een melding aan de verwijsindex vergt daarmee een zorgvuldige afweging van alle voorhanden zijnde informatie over het betrokken kind.

Een professional beoordeelt niet eenmalig of een kind blootgesteld wordt aan enig risico ten behoeve van de verwijsindex. Een professional doet dat doorlopend ten behoeve van het kind. Als blijkt dat een risico geweken is, en een melding aan de verwijsindex niet langer valide is – of zelfs onterecht is geweest – dan moet de betrokken professional de melding uit de verwijsindex verwijderen. Deze verplichting is wettelijk geregeld. In die zin wordt een onterechte melding aan de verwijsindex automatisch verwijderd.

Het is niet wenselijk een elektronisch systeem deze professionele afweging te laten maken. De zorgvuldige afweging een kind al dan niet aan de verwijsindex te melden dient zo dicht mogelijk bij het betrokken kind te geschieden, zodat op basis van een zo volledig mogelijk beeld een onderbouwde beslissing kan worden genomen.

Behalve onwenselijk is het onmogelijk de verwijsindex automatisch een melding te laten beoordelen. Op basis van het bovengenoemde tweede principe wordt in de verwijsindex enkel het burgerservicenummer van het betrokken kind opgeslagen. In de verwijsindex staat dus geen informatie op basis waarvan het systeem zou kunnen beoordelen of een melding al dan niet verwijderd moet worden.

Voor de volledigheid merk ik hierbij op, dat als het gemelde kind of zijn ouders de melding aan de verwijsindex onterecht vinden, zij in eerste instantie een verzoek kunnen doen tot verwijdering van de melding bij het College van burgemeester en wethouders van de gemeente waar zij wonen. Voorts staan het kind en zijn ouders de geëigende rechtsmiddelen van het bestuursrecht ter beschikking.

Tenslotte wil ik er u op wijzen dat een melding aan de verwijsindex na twee jaar automatisch wordt verwijderd. Dit is bij wet bepaald.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. L. L. E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner