Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut!
doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge
artikel 105 van de Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van
het Rijk bij de wet moet worden vastgesteld en dat in artikel 1 van de
Comptabiliteitswet 2001 wordt bepaald welke begrotingen tot die van het Rijk
behoren;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en
verstaan, gelijk Wij goedvindenen verstaan bij deze:
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij
goedvindenen verstaan bij deze:
Artikel 1
De bij deze wet behorende departementale begrotingsstaat van het
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2011
wordt vastgesteld.
Artikel 2
De bij deze wet behorende begrotingsstaat inzake de baten-lastendiensten:
• Algemene Inspectiedienst,
• Dienst Landelijk Gebied,
• Dienst Regelingen,
• Dienst ICT Uitvoering,
• Plantenziektenkundige Dienst
• Voedsel en Warenautoriteit
van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor
het jaar 2011 wordt vastgesteld.
Artikel 3
De vaststelling van de in de artikelen 1 en 2 bedoelde
begrotingsstaten geschiedt in duizenden euro’s.
Artikel 4
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van
het onderhavige begrotingsjaarjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet
wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na deze datum van 1 januari, treedt
zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat
Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 januari.
Gegeven
De Minister van
Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit,