32 500 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (XIII) voor het jaar 2011

Nr. 42 MOTIE VAN HET LID VAN DER STAAIJ C.S.

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 8 november 2010

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de regering een van de criteria voor de selectie van Habitatrichtlijngebieden primair heeft geïnterpreteerd als «juridische beschermingsstatus», terwijl uit de toelichting van de Europese Commissie en het verantwoordingsdocument blijkt dat het moet gaan om de ecologische «mate van instandhouding» van habitattypen en soorten;

constaterende, dat bij de selectie van Habitatrichtlijngebieden nauwelijks rekening is gehouden met de aanwezigheid en invloed van menselijke activiteiten, terwijl de Europese Commissie binnen de ecologische randvoorwaarden deze ruimte wel bood;

constaterende, dat voor het gros van de habitattypen en soorten die bij aanmelding als «aanwezig, maar verwaarloosbaar» zijn gekwalificeerd in de betreffende aanwijzingsbesluiten, zonder motivatie, wel instandhoudingsdoelstellingen zijn opgenomen;

constaterende, dat voor verschillende habitattypen en soorten in meer aanwijzingsbesluiten hersteldoelstellingen zijn opgenomen dan direct noodzakelijk is voor het bereiken van een landelijk gunstige staat van instandhouding;

van mening, dat bovengenoemde constateringen voldoende aanleiding vormen om de selectie en aanwijzing van Habitatrichtlijngebieden te evalueren;

verzoekt de regering om de selectie en aanwijzing van Habitatrichtlijngebieden, inclusief aanwijzingsbesluiten en instandhoudingsdoelstellingen, te evalueren en te bezien of met inachtneming van bovengenoemde constateringen aanpassingen gewenst zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Staaij

Dijkgraaf

Lodders

Koopmans

Naar boven