Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 januari 2011
De regering streeft naar terugdringing van de walvisvangst en het zekerstellen van het recht van demonstratie daartegen. Demonstraties
op zee dienen evenwel plaats te hebben met inachtneming van de regels voor veiligheid op zee. Met het oog hierop informeer
ik U over de oproep die ik aan het begin van het huidige Antarctische walvisvaartseizoen, op 11 december 2010, heb gedaan
met mijn collega’s van Australië, Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten.
De oproep, vervat in bijgevoegde verklaring1, verwoordt ons verzet tegen de walvisvangst voor zogenaamd wetenschappelijke doeleinden. Wij spreken dan ook onze teleurstelling
uit over het vertrek van de Japanse walvisvloot naar de Zuidelijke oceaan.
Ook tijdens het huidige Antarctische walvisvaartseizoen demonstreert de Sea Shepherd Conservation Society tegen de Japanse walvisvangst in de Zuidelijke oceaan. Daarbij worden twee in Nederland geregistreerde schepen ingezet, te
weten de Steve Irwin en de Bob Barker. De oproep onderstreept het recht op vreedzaam protest (op zee), maar gevaarlijke of gewelddadige acties worden veroordeeld.
Dit betreft acties van zowel demonstranten als walvisjagers.
Aangezien de walvisvangst en de acties daartegen plaatshebben in de wateren rondom Antarctica, een verafgelegen en onherbergzaam
gebied waar incidenten grote risico’s met zich brengen en de mogelijkheden voor hulp en redding klein zijn, roepen wij alle
partijen op zich terughoudend op te stellen en de regels over veiligheid op zee na te leven.
De minister van Buitenlandse Zaken,
U. Rosenthal