32 500 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2011

Nr. 51 AMENDEMENT VAN HET LID VAN GENT TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 481

Ontvangen 22 november 2010

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 24 Kinderopvang worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met  € 230 000 (x € 1 000).

Toelichting

Dit amendement verruimt het budget voor de kinderopvangtoeslag met € 230 miljoen. Daarmee wordt de bezuiniging op de kinderopvangtoeslag van 2011 ongedaan gemaakt. Zonder goede en toegankelijke kinderopvang kunnen ouders niet gaan werken. Zeker voor ouders met lage tot middeninkomens zullen de bezuinigingen een aanslag op het huishoudinkomen betekenen waardoor één van beiden kan besluiten niet (meer) te gaan werken.

De economische zelfstandigheid van vrouwen in Nederland is laag. Het is in het belang van vrouwen, hun kinderen en de samenleving als meer vrouwen economisch zelfstandig zijn. Immers één van de drie relaties strandt. Veel vrouwen belanden dan met hun kinderen in de Bijstand. Bovendien zijn de verwachte arbeidsmarkttekorten in onder andere de zorg en het onderwijs groot. Ook voor de samenleving is het dus van belang dat overheidsbudget zo veel mogelijk wordt ingezet om participatie te bevorderen. Daarom wordt dekking gevonden in een korting op het budget beschikbaar voor kinderbijslag. Gezinnen met een inkomen van boven de € 100 000 hebben daar geen recht meer op. Dit wordt geregeld in het amendement Van Gent (Kamerstukken II, 32 500 XVII, nr. 9).

Van Gent


XNoot
1

Vervangen in verband met wijziging in de ondertekening.

Naar boven