32 500 V Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2011

Nr. 30 MOTIE VAN HET LID DIJKHOFF

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 6 december 2010

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat een aanzienlijk aantal lagere overheden, met name gemeenten, eigenstandig ontwikkelingssamenwerkingbeleid heeft ontwikkeld;

overwegende, dat de verantwoordelijkheid voor en uitvoering van beleid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking enkel ligt bij de nationale overheid en niet behoort tot de kerntaken van de lokale overheden zoals gemeenten;

overwegende, dat voor een effectieve inzet van belastinggelden in het kader van ontwikkelingssamenwerking veel expertise vereist is die bij met name de nationale overheid aanwezig is;

van mening, dat lagere overheden niet over een vergelijkbare expertise beschikken;

van mening, dat voor een effectief ontwikkelingssamenwerkingbeleid een nationale aanpak efficiënter werkt dan een veelvoud aan (ongecoördineerde) nationale en lokale initiatieven;

van mening, dat het onwenselijk is dat meerdere bestuurslagen zich bezighouden met dezelfde overheidstaak;

verzoekt de regering bij de Voorjaarsnota 2011 te komen met een voorstel een einde te maken aan ontwikkelingssamenwerkingbeleid door lagere overheden door aanpassing van de Gemeentewet, dan wel het in mindering brengen van aan ontwikkelingssamenwerkingbeleid besteedde middelen op de uitkering uit het Gemeentefonds, dan wel langs andere wegen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Dijkhoff

Naar boven