32 500 IV Vaststelling van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2011

Nr. 32 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 februari 2011

Onder verwijzing naar de brief van de vaste commissie van Koninkrijksrelaties d.d. 16 december 2010 (2010Z19002/2010D52164) en het daarin vervatte verzoek van mevrouw Ortega-Martijn informeer ik u als volgt.

Gevraagd wordt om in te gaan op de heffing van premies over pensioenen van personen die op Curaçao hebben gewerkt en na hun pensionering in Nederland wonen. In antwoord hierop kan ik het volgende opmerken.

Een gepensioneerde die in Nederland woont behoort tot de kring van verzekerden voor de volksverzekeringen, en geniet vanzelfsprekend ook de bijbehorende rechten. Er is sprake van verzekeringsplicht op grond van inwonerschap. Het is niet van belang waar het pensioen is opgebouwd. Op dit punt is er dus geen onderscheid tussen gepensioneerden die in Nederland hebben gewerkt of in het buitenland (Curaçao).

Op belastingterrein kunnen echter wel verschillen optreden. Binnen internationaal gebruikelijke bilaterale afspraken wordt namelijk een onderscheid gemaakt tussen een privaatrechtelijk pensioen en een overheidspensioen.

Bij een privaatrechtelijk pensioen is het zo dat de woonstaat in de regel het recht krijgt om te heffen over de uitkeringen uit het pensioen. Dit betekent dus dat Nederland over het pensioen belasting mag heffen, en dat Curaçao een vrijstelling ter voorkoming van dubbele belasting verleent.

Bij een overheidspensioen is het binnen internationaal gebruikelijke bilaterale afspraken echter zo dat de betaalstaat (kasstaat) het recht krijgt om te heffen over de uitkeringen uit het pensioen. Dit is ook zo uitgewerkt in de Belastingregeling voor het Koninkrijk (BRK). De BRK is een soort belastingverdrag, maar dan tussen de Koninkrijksdelen.

Concreet betekent dit dus dat de (voormalige) Antillen belasting mogen heffen over het overheidspensioen, en dat Nederland in dat verband een vrijstelling ter voorkoming van dubbele belasting verleent.

Wél bestaat er zoals gezegd premieplicht in Nederland op grond van inwonerschap. Uiteraard geldt dit ook voor Nederlandse gepensioneerden.

Voor de duidelijkheid wil ik nog onderstrepen dat voor de premie geen vermindering ter voorkoming van dubbele belasting wordt toegepast. Hiertoe is ook geen aanleiding omdat bij de premie volksverzekeringen geen sprake is van dubbele heffing. Voor de premieheffing geldt als hoofdregel dat iemand slechts is onderworpen aan één stelsel van sociale zekerheid. In het geval van een in Nederland wonende gepensioneerde is dat het Nederlandse stelsel.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De staatssecretaris van Financiën,

F. H. H. Weekers

Naar boven