32 500 IV Vaststelling van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2011

Nr. 14 MOTIE VAN HET LID VAN GENT C.S.

Voorgesteld 2 december 2010

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat in het Sociaal Economisch Initiatief (SEI) in 2008 met Curaçao is afgesproken dat aan de ISLA-raffinaderij milieunormen zullen worden gesteld, maar dat pas recent zicht is gekomen op de daadwerkelijke normoverschrijdingen;

overwegende, dat aan Curaçao gevraagd is om voor 1 december 2010 een toekomstvisie op de ISLA-raffinaderij te ontwikkelen, waarbij expliciet ook alternatieven voor de raffinaderij zullen worden betrokken;

overwegende, dat het Bestuurscollege van Curaçao heeft aangegeven, de ontwikkeling van deze toekomstvisie uit te stellen tot volgend jaar;

overwegende, dat hierdoor het ernstige risico ontstaat dat de ISLA-raffinaderij in de tussentijd milieunormen ernstig blijft overschrijden, met alle gevolgen voor de door de Grondwet gegarandeerde rechten rond volksgezondheid en het milieu;

overwegende, dat Nederland een waarborgfunctie heeft ten aanzien van de deugdelijkheid van het bestuur en de fundamentele rechten;

verzoekt de regering met inachtneming van deze krachtens artikel 43, lid 2, van het Koninkrijksstatuut aan het Koninkrijk toekomende waarborgfunctie Curaçao op te dragen voor 1 februari 2011 te voorzien in de toekomstvisie op de ISLA-raffinaderij,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Gent

Hachchi

Van Dam

Naar boven