32 464 Wijziging van de Werkloosheidswet, de Ziektewet en de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen om cumulatie van de uitkeringsduur op grond van de Ziektewet met de uitkeringsduur op grond van de Werkloosheidswet tegen te gaan en enige andere wijzigingen (Wet anticumulatie Ziektewet en Werkloosheidswet)

Nr. 7 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 29 november 2010

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel II wordt na onderdeel A een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

Aa

In de artikelen 38, derde lid, 38a, zevende lid, en 63c wordt «45a, derde, vierde en zesde lid» vervangen door: 45a, derde, vierde en vijfde lid.

B

Artikel III, onderdeel B, komt te luiden:

B

In artikel 59 worden onder vernummering van het vierde lid tot zevende lid drie leden ingevoegd, luidende:

4. De duur van de loongerelateerde uitkering, bedoeld in het eerste lid, wordt verminderd met de duur van het, op grond van de Ziektewet, in de periode tussen het einde van de laatste dienstbetrekking en de dag waarop recht ontstaat op de loongerelateerde uitkering van de WGA-uitkering, ontvangen ziekengeld. De eerste zin is van overeenkomstige toepassing indien de dienstbetrekking niet wordt beëindigd, maar de werknemer met zijn werkgever is overeengekomen het aantal arbeidsuren te verminderen.

5. Het vierde lid blijft buiten toepassing:

  • a. ten aanzien van de werknemer die uitsluitend uit hoofde van een andere dienstbetrekking dan waaruit hij werkloos is geworden ziekengeld heeft ontvangen op grond van de Ziektewet;

  • b. voor zover ziekengeld op grond van de Ziektewet is ontvangen gedurende de periode waarin als gevolg van de toepassing van artikel 16, derde lid, van de Werkloosheidswet niet is voldaan aan artikel 16, eerste lid, onderdeel a, van de Werkloosheidswet;

  • c. ten aanzien van de werknemer die ziekengeld ontvangt op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel e, f of g, van de Ziektewet.

6. Indien ziekengeld op grond van de Ziektewet niet wordt betaald wegens voor de werknemer geldende wachtdagen als bedoeld in artikel 29, tweede lid, onderdeel c, van de Ziektewet of wegens enig handelen of nalaten dat hem redelijkerwijs kan worden verweten, wordt het niet betalen daarvan voor de toepassing van het vierde lid gelijkgesteld met het ontvangen van ziekengeld.

Toelichting

Onderdeel A

In de artikelen 38, 38a en 63c van de Ziektewet (ZW) is een bestuurlijke boete geregeld indien een werkgever niet voldoet aan de in die artikelen opgenomen meldingsplicht. In de desbetreffende artikelen wordt voorts artikel 45a van de ZW van overeenkomstige toepassing verklaard. Het gaat hierbij om het achterwege laten van de boeteoplegging indien daarvoor dringende redenen aanwezig zijn, om de verplichting van degene, aan wie de boete is opgelegd om inlichtingen te verstrekken en om de bepaling dat bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld voor de hoogte van de bestuurlijke boete. Met de inwerkingtreding van de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is artikel 45a van de ZW aangepast, omdat een aantal procedurele bepalingen in de Awb zijn opgenomen. Daarbij is de bepaling voor het stellen van regels over de hoogte van de boete in het vijfde lid opgenomen. In de artikelen 38, 38a en 63c van de ZW wordt echter verwezen naar het zesde lid. Dat wordt met deze wijziging gecorrigeerd. Daarmee zijn de bepalingen die zijn opgenomen in artikel 45a, derde, vierde en vijfde lid, van de ZW van overeenkomstige toepassing.

Onderdeel B

Naar analogie van de voorgestelde wijziging in de Werkloosheidswet (WW) zal in de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) worden geregeld dat de periode tussen het einde van de laatste dienstbetrekking en het moment waarop recht op een loongerelateerde uitkering op grond van de WGA-uitkering ontstaat en waarin de betrokkene op grond van de Ziektewet ziekengeld heeft ontvangen, in mindering wordt gebracht op de duur van de loongerelateerde uitkering van de WGA-uitkering. In de voorgestelde wijziging van de WW is voor een aantal situaties geregeld dat de periode waarin de betrokkene ziekengeld heeft ontvangen niet in mindering wordt gebracht op de uitkeringsduur. Abusievelijk zijn de in de WW opgenomen uitzonderingen niet tevens naar analogie opgenomen in de Wet WIA. Met de onderhavige wijziging wordt deze omissie hersteld. Voor een toelichting op de desbetreffende uitzonderingen wordt verwezen naar de toelichting op artikel I, onderdelen A en B, van het wetsvoorstel.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H. G. J. Kamp

Naar boven