32 440 Nieuwe regels omtrent aanbestedingen (Aanbestedingswet 20..)

G BRIEF AAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Den Haag, 10 juli 2012

Heden, 10 juli 2012, heeft de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie uw brief* ontvangen inzake een ontwerpbesluit, houdende de regeling van enkele onderwerpen van de Aanbestedingswet (Aanbestedingsbesluit). Naar aanleiding van bespreking van deze brief in haar vergadering van heden bericht de commissie u als volgt.

De commissie wijst op de nog lopende correspondentie tussen de regering en de Eerste Kamer over het voorhangen van gedelegeerde regelgeving. De commissie constateert dat er samenhang bestaat tussen genoemd ontwerpbesluit en het bij de Kamer aanhangige wetsvoorstel Aanbestedingwet 20.. (32 440), in die zin dat vooruit wordt gelopen op inwerkingtreding van het wetsvoorstel. De voorlegging geschiedt immers ter uitvoering van de voorhangprocedure die is opgenomen in de artikelen 1.10, vijfde lid, 1.13, vijfde lid, en 1.16, vijfde lid, van genoemd wetsvoorstel. De commissie houdt in dit verband vast aan het eerder ingenomen standpunt van de Eerste Kamer. Dit betekent dat de commissie – vanuit het oogpunt van integrale beoordeling van de besluiten en de wetsvoorstellen – het voorgehangen ontwerpbesluit betrekt bij de plenaire behandeling van het wetsvoorstel Aanbestedingswet 20.. (32 440), die voorzien is voor 11 september 2012.

De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, E. M. Kneppers-Heynert


XNoot
*

Kamerstukken I, vergaderjaar 2011–2012, 32 440, F.

Naar boven