32 440 Nieuwe regels omtrent aanbestedingen (Aanbestedingswet 20..)

Nr. 67 SUBAMENDEMENT VAN DE LEDEN HAMER EN GESTHUIZEN

Ontvangen 6 februari 2012

De ondergetekenden stellen het volgende subamendement voor:

In het nader gewijzigd amendement van de leden Schouten en Ziengs (stuk nr. 50) komt in onderdeel I het vijfde lid van de artikelen 1.7, 1.11 en 1.15 als volgt te luiden:

  • 5. Het ontwerp van een krachtens het derde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan worden gedaan nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken, tenzij binnen die termijn door of namens een der kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend.

Toelichting

De wettelijke verankering van de Gids Proportionaliteit kan verstrekkende gevolgen hebben voor de aanbestedingspraktijk, omdat de Gids een aantal nieuwe normen introduceert, die in beginsel bindend zijn, en waar slechts gemotiveerd van afgeweken kan worden. De gevolgen van de Gids zullen voor een groot deel afhankelijk zijn van de inhoud van de AMvB en de uiteindelijke tekst van de Gids. Als eerst over de wet wordt gestemd, en daarna pas de AMvB en de Gids aan de Kamer worden gestuurd, zou de Kamer bij een gewone voorhang geen recht van amendering meer hebben, terwijl het hier om belangrijke nieuwe normen gaat. Daarom wordt middels dit subamendement een zware voorhang voorgesteld, die de Kamer het recht geeft om omzetting van de AMvB in wetgeving te vorderen, met het daarbij behorende amenderingsrecht.

Hamer Gesthuizen

Naar boven