32 404 Programma hoogfrequent spoorvervoer

Nr. 50 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2011

Hierbij informeer ik u over de stand van zaken rond de vervolgaanpak van het fietsparkeren bij stations. Dit naar aanleiding van mijn eerdere toezeggingen hierover1.

Stand van zaken vervolgaanpak fietsparkeren bij stations

Het concept-actieplan is nagenoeg gereed. Over het actieplan dient nog overleg plaats te vinden met maatschappelijke organisaties en decentrale overheden. Ik hecht hieraan groot belang omdat de aanpak van het fietsparkeren bij stations een belangrijke inspanning en inzet van deze partijen vraagt. Ook heeft uw Kamer mij gevraagd om met betrokkenheid van de genoemde partijen tot een vervolgaanpak te komen.

Vanuit het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) heb ik tot 2020 € 96 miljoen2 gereserveerd voor fietsenstallingen op de PHS corridors. Het actieplan fietsparkeren bij stations heeft hierop betrekking. Eventuele uitbreiding van het actieplan naar stallingstekorten op niet-PHS corridors bezie ik in het kader van de begrotingsvoorbereiding 2012.

Zodra ik het gesprek met de decentrale overheden heb gevoerd en de begrotingsvoorbereiding is afgerond, kan ik de vervolgaanpak van het fietsparkeren bij stations concretiseren en zal ik uw Kamer het actieplan doen toekomen. In die brief zal ik u tevens informeren over de uitwerking van de moties over het meenemen van fietsen in de internationale trein3.

De minister van Infrastructuur en Milieu,

M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Bij de behandeling van het MIRT op 6 december 2010 en in het AO van 19 april jl. over de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (Kamerstuk 32 660/31 953, nr. 15).

X Noot
2

Exclusief OV SAAL.

X Noot
3

Motie Anker en Mastwijk (Kamerstuknr. 32 351, nr. 6) en Motie Verhoeven (Kamerstuknr. 31 796, nr. 12).

Naar boven