32 368 Tweede aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als openbaar lichaam binnen Nederland – A (Tweede Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba – A)

32 419 Tweede aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als openbaar lichaam binnen Nederland – B (Tweede Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba – B)

32 428 Derde aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als openbaar lichaam binnen Nederland (Derde Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba)

A BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 november 2010

Gisteravond heeft de Tweede Kamer de behandeling van de resterende wetsvoorstellen inzake de aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als openbaar lichaam binnen Nederland plenair afgerond. Het betreft de voorstellen voor de zogenaamde «ABES 2A», «ABES 2B» en »ABES 3» (kamerstukken II, 2010/2011, 32 368, 32 419, onderscheidenlijk 32 428). De stemming zal plaatsvinden op dinsdag 23 november a.s.

Ervan uitgaande dat deze wetsvoorstellen worden aanvaard, zal de Tweede Kamer de ontwerpen waarschijnlijk dezelfde dag aan u doen toekomen.

Mede namens mijn ambtsgenoten van OCW en SZW verzoek ik U te bevorderen dat uw kamer deze wetsvoorstellen vóór het kerstreces behandelt.

De reden voor dit verzoek is dat alle drie genoemde wetsvoorstellen op 1 januari 2011 van kracht zouden moeten worden.

De ABES 3 regelt onder meer de tussen de Minister van SZW en de bestuurders van de openbare lichamen overeengekomen aanpassingen in de inkomenspositie van uitkeringsgerechtigden op de BES-eilanden. Daarnaast past dit wetsvoorstel de regelgeving aan in verband met de overheveling van de premie-inning naar de belastingdienst. Hiermee ligt er tevens een onlosmakelijk verband met de fiscale wetten BES, die de Eerste Kamer op 14 december 2010 plenair wil behandelen.

Bovendien is voor wat betreft de ABES 3 de inwerkingtreding op 1 januari 2011 van groot belang met het oog op de in die wet geregelde wijziging van de Wet financiën openbare lichamen BES onder meer vanwege de instelling van een BES-fonds en de aanpassing van een aantal artikelen ten behoeve van de heffing en invordering van belastingen op de BES-eilanden. Het BES-fonds dient in verband met de begrotingsregels zo snel mogelijk wettelijk te worden vastgelegd. Voor de invoering van een aantal belastingen is de datum 1 januari eveneens cruciaal.

Voor wat betreft de ABES 2A is de inwerkingtreding op 1 januari vooral van belang met het oog op de in die wet neergelegde definitieve regeling van de taal in het bestuurlijk verkeer op de BES-eilanden. De Tijdelijke Wet officiële talen BES geldt tot en met 31 december 2010 en kan in verband met de invoeringssystematiek niet worden verlengd.

De wijzigingen die door de ABES 2B in de BES-onderwijswetten worden aangebracht behelzen onder andere de invoering van het lumpsum bekostigingssysteem. Dat systeem gaat uit van bekostiging op kalenderjaarbasis. Het zou daarom zeer wenselijk zijn als ook ABES 2B op 1 januari 2011 van kracht wordt.

Ik ben mij ervan bewust dat een verzoek om behandeling van drie redelijk omvangrijke wetsvoorstellen binnen een termijn van enkele weken vergaand is. Toch hoop ik dat het voor de Eerste Kamer mogelijk is hieraan tegemoet te komen.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner

Naar boven