32 360 XV Jaarverslag en slotwet Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2009

Nr. 5 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 29 november 2010

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 heeft over het rapport van de Algemene Rekenkamer bij het Jaarverslag 2009 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Kamerstuk 32 360 XV, nr. 2) de navolgende vragen ter beantwoording aan de regering voorgelegd. Deze vragen, alsmede de daarop bij brief van 26 november 2010 gegeven antwoorden, zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Van Gent

De griffier van de commissie,

Post

1

De Algemene Rekenkamer constateert bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, net als in 2008, drie tekortkomingen in de bedrijfsvoering. De aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer zijn of worden overgenomen door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Kan de regering nader toelichten in hoeverre de tekortkomingen tot nu toe ook daadwerkelijk zijn aangepakt? Wat is de stand van zaken? Kan de regering toezeggen dat de drie tekortkomingen uit 2009 in 2010 verdwenen zullen zijn?

Binnen SZW is en wordt hard gewerkt om de tekortkomingen op te heffen. De tekortkoming «subsidiebeheer directie Re-integratie en Participatie» heeft zich van een departementale onvolkomenheid in 2008 ontwikkeld tot een onvolkomenheid bij slechts één directie. Bij deze directie zijn in 2010 de nodige verbeteracties uitgevoerd, onder leiding van een centraal subsidie expertise centrum. Voor de tekortkoming «financiële administratie departement» is in 2009 een verbeterplan uitgevoerd. De AR beoordeelde de opzet van de genomen maatregelen als positief maar kon onder andere de werking van de genomen maatregelen over het gehele jaar onvoldoende vaststellen in 2009. In 2010 is gewerkt aan de verdere verbetering van de financiële administratie. Ook voor de tekortkoming «contractbeheer inclusief Europese aanbestedingen» zijn in 2010 veel verbeteracties geformuleerd en geïmplementeerd. De Algemene Rekenkamer deelt het beeld dat SZW voortvarend aan de slag is gegaan met de uitvoering van de verbeteracties.

Of de door de AR geconstateerde drie tekortkomingen in de bedrijfsvoering in 2010 zijn opgeheven beoordeelt de AR. Woensdag 18 mei 2011 publiceert de AR het Rapport bij het Jaarverslag 2010 SZW. De verwachting van de regering is dat de onvolkomenheden financiële administratie en subsidiebeheer in 2010 zijn opgelost.

2

Kan de regering aangeven wanneer het overzicht van subsidies op orde is? Kan de regering in dit overzicht ook per subsidie aangeven welke apparaatsuitgaven ermee zijn gemoeid?

Naar verwachting is het subsidiebeheer bij SZW in 2010 op orde. Het overzicht van subsidies in de bijlage bij de begroting is op orde, met de aantekening dat het gaat om een momentopname van budgetten en gerealiseerde en te verwachten subsidieverleningen. Zie het antwoord op vraag 334 bij de begroting 2011.

De regering is niet in staat een overzicht te geven als gevraagd van de benodigde uitvoeringskosten/apparaatsuitgaven per subsidie bij SZW.

3

Kan de regering aangeven wanneer de Kamer voorstellen voor de integrale benadering van de problematiek rondom kinderen in een achterstandssituatie kan verwachten? Kan de regering de eerste contouren schetsen?

De Algemene Rekenkamer is van mening dat het wegnemen van financiële drempels alleen niet voldoende is om ervoor te zorgen dat alle kinderen meedoen. Het is ook belangrijk dat er aandacht is voor andere belemmerende factoren en dat ondersteuning op een laagdrempelige manier wordt aangeboden. De regering heeft in een eerste reactie aan de Algemene Rekenkamer laten weten de mening te delen dat kinderen om diverse redenen in een achterstandsituatie kunnen verkeren en dat een meer integrale benadering van deze maatschappelijke problematiek geboden is.

De regering zal geen voorstel doen voor een integrale benadering van de problematiek rondom kinderen in een achterstandsituatie. Gemeenten formuleren namelijk – binnen de landelijke kaders – zelf hun armoedebeleid, inclusief het beleid gericht op kinderen in een achterstandsituatie en voeren dit beleid ook uit. Zij kunnen op lokaal niveau de verbinding leggen met aanpalende beleidsterreinen.

4

Wanneer legt de regering de beide benaderingen om meer inzicht in de effectiviteit van re-integratie te krijgen voor aan de Kamer? Gaat het bij de door de Algemene Rekenkamer voorgestelde benadering om inzicht in de netto- of bruto-effectiviteit?

Bij de door de Algemene Rekenkamer voorgestelde benadering gaat het om inzicht in de bruto-effectiviteit, gerelateerd aan de uitgaven.

Na het overleg met uw Kamer over het SEO-rapport «kosten en resultaten van re-integratie» heb ik u toegezegd (TK, 2009–2010, 28 719, nr. 73) een voorstel te doen toekomen voor een eventuele aangepaste set indicatoren en kengetallen. Gelet op het feit dat dit kabinet voornemens is de onderkant van de arbeidsmarkt te hervormen zal de regering op een later moment – na de begrotingsbehandeling – met een voorstel komen waarbij voor de nieuwe regeling passende indicatoren en kengetallen worden betrokken.

De aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer bij het SZW-jaarverslag 2009 om de relatie tussen kosten, inspanningen en resultaten van re-integratie in begroting en jaarverslag beter te beschrijven zal ik uitwerken in het SZW jaarverslag 2010 door twee extra tabellen waarin de uitgaven per kalenderjaar van de verschillenden cohorten van trajecten voor WW-ers en cliënten met een arbeidsongeschiktheidsuitkering worden beschreven.

5

Wat is de reactie van de regering op het standpunt van de Algemene Rekenkamer dat er geen wetswijziging nodig is om van gemeenten de benodigde informatie omtrent de effectiviteit van re-integratie te verkrijgen?

De Algemene Rekenkamer is van mening dat de vigerende wetgeving aan het Ministerie van SZW al toestaat om financiële gegevens per klant uit te vragen en daarmee een overzicht te maken zoals het UWV dat kan voor de WW-re-integratie. De regering heeft in haar eerste reactie aan de Algemene Rekenkamer aangegeven dat dit voor gemeenten een zeer belastende uitvraag is. Een andere mogelijkheid is om te regelen dat een gelijksoortig overzicht als het UWV onderdeel wordt van de gemeentelijke jaarverantwoording.


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Gent, W. van (GL), Voorzitter, Hamer, M.I. (PvdA), Ham, B. van der (D66), Sterk, W.R.C. (CDA), Smeets, P.E. (PvdA), Dezentjé Hamming-Bluemink, I. (VVD), Hijum, Y.J. van (CDA), Omtzigt, P.H. (CDA),Koşer Kaya, F. (D66), Ulenbelt, P. (SP), Ortega-Martijn, C.A. (CU), Dijck, A.P.C. van (PVV), Ondervoorzitter, Spekman, J.L. (PvdA), Vermeij, R.A. (PvdA), Karabulut, S. (SP), Ouwehand, E. (PvdD),Dijkgraaf, E. (SGP), Azmani, M. (VVD), Jong, L.W.E. de (PVV), Klaver, J.F. (GL), Huizing, M.E. (VVD), Straus, K.C.J. (VVD) en Besselaar, I.H.C. van den (PVV).

Plv. leden: Voortman, L.G.J. (GL), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Pechtold, A. (D66), Uitslag, A.S. (CDA), Klijnsma, J. (PvdA), Neppérus, H. (VVD), Biskop, J.J.G.M. (CDA), Smilde, M.C.A. (CDA), Dijkstra, P.A. (D66), Kooiman, C.J.E. (SP), Slob, A. (CU), Fritsma, S.R. (PVV), Çelik, M. (PvdA), Dijsselbloem, J.R.V.A. (PvdA), Gesthuizen, S.M.J.G. (SP), Thieme, M.L. (PvdD), Staaij, C.G. van der (SGP), Aptroot, Ch.B. (VVD), Klaveren, J.J. van (PVV), Sap, J.C.M. (GL), Houwers, J. (VVD), Harbers, M.G.J. (VVD) en Mos, R. de (PVV).

Naar boven