Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 november 2021
Uw Kamer heeft mij op 4 november 2021 verzocht te reageren op een brief van de organisatie
Diervriendelijk Nederland d.d. 6 oktober 2021 over een «actieplan voor uitfasering
dierproeven in Europa». Hierbij doe ik u mijn reactie toekomen.
Het Europees parlement (EP) heeft op 16 september 2021 een resolutie aangenomen om
de transitie naar innovatie zonder het gebruik van dieren in het wetenschappelijk
onderzoek voor regulatoire testen en het onderwijs te versnellen. Het EP verzoekt
de Europese Commissie om daarvoor een EU-breed actieplan op te stellen. Door de ontwikkeling
van proefdiervrije methoden en technologieën te versnellen kan aan het doel, afbouw
van dierproeven, worden bijgedragen. Belangrijke voorwaarde daarbij is wel dat het
niveau van bescherming van de menselijke gezondheid en het milieu niet verlaagd wordt1.
Deze resolutie biedt kansen voor een genuanceerde Europese aanpak om proefdiervrije
innovatie te stimuleren en daarmee dierproeven te verminderen. Deze aanpak sluit aan
bij de filosofie en de werkwijze van het partnerprogramma Transitie Proefdiervrije
Innovatie (TPI). In TPI is de inzet vooral gericht op het opbouwen van proefdiervrije
innovaties en niet zo zeer op het uitfaseren of afbouwen van dierproeven. De benadering
die in TPI gekozen is, heeft (tot nu toe) geleerd dat de inzet op «betere wetenschap
met proefdiervrije methoden» tot meer co-creatie (samenwerking, waarbij alle deelnemers
invloed hebben op het proces en het resultaat van het proces) en daardoor tot minder
weerstand leidt. Hierdoor is het mogelijk om op een meer indirecte manier bij te dragen
aan een vermindering van dierproeven.
Diervriendelijk Nederland heeft een eigen actieplan opgesteld dat veel interessante
ideeën bevat voor de uitvoering van de resolutie. Hoewel in dat actieplan de nadruk
vooral ligt op uitfasering, bevat het plan zeker ook aanknopingspunten met de TPI-benadering.
Inmiddels zijn er afspraken gemaakt om, op korte termijn, met Diervriendelijk Nederland
in gesprek te gaan, zodat zij hun actieplan kunnen toelichten.
Daarnaast wil ik in overleg met andere bij TPI betrokken ministers nagaan hoe we onze
inzichten en ervaringen vanuit de Nederlandse TPI-benadering in Europa kunnen delen om te zorgen dat de Europese Commissie deze inzichten
en ervaringen kan gebruiken bij de uitvoering van de resolutie.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten