32 317 JBZ-Raad

JZ BRIEF VAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 mei 2019

Hierbij bieden wij u mede namens de Minister voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de Geannoteerde agenda aan van de bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken op 6 en 7 juni te Luxemburg.

Als bijlage bij de Geannoteerde agenda treft u een geactualiseerd voortgangsoverzicht1 aan van de JBZ-dossiers voor het tweede kwartaal van 2019.

Daarnaast informeren de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister voor Rechtsbescherming u graag conform de gemaakte informatieafspraken met de Tweede Kamer over de stand van zaken van verschillende dossiers die ook voor uw Kamer relevant zijn (bijgevoegd).

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

De Minister voor Rechtsbescherming S. Dekker

BIJLAGE STAND VAN ZAKEN VERSCHILLENDE JBZ DOSSIERS

Interoperabiliteit van centrale EU informatiesystemen

Er is een akkoord bereikt in de triloog met het Europees parlement en de Europese Commissie voor beide wetgevingsvoorstellen2 voor de versterking van de interoperabiliteit van centrale EU informatiesystemen op het terrein van migratie, grensbeheer en veiligheid. Hierover bent u geïnformeerd in de aanbiedingsbrief van het verslag van de JBZ-Raad van 7-8 maart 2019.3 Beide verordeningen zijn in april definitief aangenomen door het EP en door de Raad (tijdens de Landbouwraad) op 14 mei 2019. Er is een binnen het ministerie een programma ingericht dat de nationale implementatie van de verordeningen nu gaat vormgeven.

Wijzigingsvoorstellen ETIAS en ECRIS TCN

Overeenkomstig de inzet van het Roemeense Voorzitterschap is op22 mei jl. in Coreper een algemene oriëntatie bereikt door de Raad over de wijzigingsvoorstellen ETIAS en ECRIS TCN, waarover u een BNC-fiche heeft ontvangen.4De wijzigingsvoorstellen vormen geen onderdeel van de agenda van de JBZ-Raad.

Het kabinet is positief over het bereikte resultaat inzake de wijzigingsvoorstellen van ETIAS in relatie tot de andere Europese systemen. Dit wijzigingsvoorstel komt tegemoet aan het standpunt van Nederland om de interoperabiliteit van het ETIAS-systeem met andere Europese systemen, zoals het Europees in- en uitreissysteem, het Schengeninformatiesysteem en het Europese VIS systeem goed te regelen. Met de interoperabiliteitsvoorstellen5 zal de informatiepositie van (Nederlandse) grens- en opsporingsdiensten worden verbeterd waardoor zij beter, gerichter en efficiënter hun taak kunnen uitvoeren. Dit draagt bij aan een goed functionerend grensbeheer en effectievere aanpak van grensoverschrijdende criminaliteit.

Nederland is in het algemeen ook tevreden met Raadspositie op het wijzigingsvoorstel ECRIS TCN. In de Raadspositie is, in lijn met de Nederlandse aandachtspunten ten aanzien van proportionaliteit, het doel van het wijzigingsvoorstel nader beperkt tot toegang voor specifieke doeleinden van de ETIAS verordening. Daarnaast zijn er, tevens in lijn met de Nederlandse aandachtspunten, nadere voorwaarden gesteld waaronder toegang tot de gegevens voor dit doel kan plaatsvinden. Tot slot is het proces voor de gegevensverwerking duidelijk uitgewerkt.

Wanneer het Europees parlement ook een positie heeft bepaald, zal naar verwachting de triloog in het najaar starten.

Herschikking Verordening Brussel IIbis

Zoals u weet is in april 2019 een akkoord bereikt over het voorstel tot Herschikking van Brussel IIbis (Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1347/2000). Nederland is in afwachting van publicatie van de definitieve tekst van de verordening, voorzien omstreeks 24 mei aanstaande. Conform de afspraken met uw Kamer zal deze definitieve tekst van het herzieningsvoorstel aan u ter uitdrukkelijke instemming worden voorgelegd. Naar verwachting zal de Herschikking vervolgens op een Raad in de loop van juni 2019 ter vaststelling worden geagendeerd.

Verordening tot oprichting van het Europees kenniscentrum voor industrie, technologie en onderzoek op het gebied van cyberbeveiliging en het netwerk van nationale coördinatiecentra

Na het bereiken van een algemene oriëntatie in de Raad is de triloog met het EP en de Commissie gestart. In de bereikte algemene oriëntatie is het drieledige doel van het voorstel gehandhaafd gebleven: het creëren van één EU Cybersecurity Centre (EUCC) dat verantwoordelijk wordt voor het coördineren en stroomlijnen van de EU inzet op cybersecurity, een verplichting aan EU lidstaten om een «Nationaal Coördinatie Centrum» voor te dragen, en een voorstel om een Cybersecurity Competence Community te creëren. Op 27 maart heeft een groot aantal lidstaten, waaronder Nederland, in Coreper echter niet ingestemd met een mandaatverlening voor het voortzetten van de onderhandelingen met het Europees parlement. De reden hiervoor is dat een aantal fundamentele vragen nog open staan in de gesprekken tussen de Commissie, EP en Raad, bijvoorbeeld ten aanzien van de wijze van financiering, aard van het centrum en stemrecht.

Nederland steunt een verbeterde coördinatie tussen EU programma’s op het gebied van cyber security kennisontwikkeling middels een «dedicated centre», en daarmee de verordening. Daarbij geeft Nederland echter voorkeur aan een breed en inhoudelijk goed gedragen voorstel. En pauzering van de onderhandelingen dient om ruimte te creëren voor gedegen adressering (zowel in de nationale context als in EU-verband) van de openstaande knelpunten. De Verordening is immers pas voorzien om in werking te treden vanaf de nieuwe begrotingstermijn in 2021.

Inkomend voorzitter Finland is voornemens om tijdens hun voorzitterschap het dossier verder brengen. Het voorzitterschap richt zich op een akkoord met het EP vóór de aanstelling van de nieuwe Commissie in oktober. De uiteindelijke besluitvorming vindt overigens plaats in Telecomraad en niet in de JBZ-Raad.

Verordening Terroristische online-inhoud

Op 17 april jl. heeft het EP in eerste lezing haar positie bepaald over het voorstel voor een verordening van het Europees parlement en de Raad ter voorkoming van de verspreiding van terroristische online-inhoud.

Het EP stelt voor dat een verwijderbevel niet in alle gevallen grensoverschrijdend is: alleen de lidstaat waar de hostingprovider is gevestigd, kan afdwingen dat terroristische content binnen de gehele Europese Unie ontoegankelijk wordt gemaakt of wordt verwijderd. Andere lidstaten kunnen daar slechts om verzoeken, en dat verzoek alleen voor hun eigen grondgebied afdwingen. Het onderscheid tussen referrals (verwijderverzoeken) en removal orders (verwijderbevelen) is geschrapt. Voorts stelt het EP voor de bepalingen die het mogelijk maakten om vergaande maatregelen op te leggen aan hosting service providers te schrappen. In de positie van het EP is het slechts mogelijk «gerichte en proportionele» maatregelen te nemen. Tot slot is er meer aandacht voor waarborgen om de vrijheid van meningsuiting in een pluriforme samenleving te beschermen. Hoewel het EP haar eerste lezing heeft afgerond, is geen mandaat verleend om te onderhandelen met de Europese Raad en de Europese Commissie. Na de installatie van het nieuwe Europees parlement en de Europese Commissie zal de triloog starten. Zoals eerder aan uw Kamer gemeld behoudt de Minister van Justitie en Veiligheid zorgen over de juridische en praktische implicaties van een grensoverschrijdend verwijderingsbevel. De positie van het Europees parlement komt deels aan deze zorgen tegemoet. Nederland ziet in deze positie dan ook belangrijke steun voor het Nederlandse standpunt. In de komende periode moet blijken of het standpunt van het EP ook op steun kan rekenen binnen de Raad of bij de Commissie. Nederland zal zich in de komende periode blijven inzetten voor een evenwichtige verordening met aandacht voor de grondrechten en rechtsbescherming.

Europese Grens- en Kustwacht (EGKW) Verordening

Via de geannoteerde agenda voor de JBZ-Raad van 7 en 8 maart jl. is uw Kamer geïnformeerd over de voortgang in de onderhandelingen onder het Roemeens voorzitterschap, de triloog en het standpunt van het kabinet.6 Ter afronding van de triloog is Coreper in april jl. akkoord gegaan met de voorstellen voor de EGKW verordening. De belangrijkste elementen in het uiteindelijke compromis zijn:

  • Permanente korps. Er vindt tijdens een periode van 7 jaar een trapsgewijze opbouw plaats van het permanente korps. In 2024 vindt een tussentijdse evaluatie plaats op basis waarvan de aantallen en samenstelling van het permanente korps kunnen worden aanpast. De daadwerkelijke inzet van het permanente korps zal vraag gestuurd worden bepaald, waarbij waarborgen zijn opgenomen dat de nationale taken niet in gedrang komen. De snelle grensinterventieteams worden als vierde categorie onderdeel van het permanente korps.

  • Uitvoerende bevoegdheden. Om het agentschap de mogelijkheid te geven om een grotere rol te spelen in grenscontrole en terugkeer, zijn aan het statutair personeel, als onderdeel van teams en onder de supervisie van de lidstaten, ook uitvoerende bevoegdheden toegekend. Dit kan alleen plaatsvinden met autorisatie van de gastlidstaat.

  • Terugkeer. Het agentschap krijgt een versterkt mandaat op het gebied van terugkeer, met verbeterde mogelijkheden om lidstaten operationeel en technisch te ondersteunen. De mogelijkheden voor het agentschap om een derde land te ondersteunen in terugkeer naar een ander derde land (bijvoorbeeld vanuit de niet EU-lidstaten op de Westelijke Balkan-route), heeft het uiteindelijke compromis niet gehaald onder druk van het Europees parlement.

  • Samenwerking met derde landen en antennebureaus. Het agentschap zal tijdelijke antennebureaus kunnen opzetten in de gastlidstaten en derde landen waar het operationele activiteiten verricht, met het oog op een nauwe samenwerking met nationale instanties en een goed verloop van de operaties van het agentschap.

  • Meerjarig Financieel Kader (MFK). In het compromis is opgenomen dat de implementatie van de verordening afhankelijk is van de uitkomst van de lopende onderhandelingen over het MFK.

Het kabinet steunt het uiteindelijke compromis. Het compromis biedt genoeg waarborgen dat de uitvraag van de capaciteit vraag gestuurd plaatsvindt zodat de nationale taken niet in gedrang komen, dat de inzet van de uitvoerende bevoegdheden van het statutair personeel plaatsvindt onder de verantwoordelijkheid van de lidstaten en dat de implementatie van de verordening plaatsvindt binnen de beschikbare financiële middelen. Na de zomer stemt de Raad over de EGKW verordening.

Verordening betreffende de oprichting van een Europees netwerk van immigratie liaison officers (ILO Verordening)

Na een kort durende triloog in begin 2019, is Coreper op 27 februari 2019 akkoord gegaan met het in de triloog bereikte akkoord over de nieuwe ILO Verordening. Het Europees parlement heeft op 16 april jl. ingestemd met het bereikte akkoord. De nieuwe verordening moet zorgen voor versterking van de coördinatie en samenwerking op EU niveau en effectiever gebruik van de netwerken van immigratie liaison officers (ILOs). De verordening bevat onder andere de volgende elementen:

  • Instelling van een stuurgroep voor ILO samenwerking. De stuurgroep zal de samenwerking tussen ILO’s van de lidstaten, van de Commissie en van de agentschappen op strategisch en operationeel niveau versterken. De Stuurgroep krijgt tevens financiering om activiteiten uit te voeren. De bevoegdheden en taken van de stuurgroep zijn duidelijk afgebakend in de verordening. Dit geldt ook voor de taak van de liaisons van de Commissie om de ILO netwerken te faciliteren en te ondersteunen.

  • Het principe dat lidstaten primair verantwoordelijk blijven voor de aansturing van hun ILOs is expliciet verwoord in de verordening.

  • Instelling van een beveiligd online platform waar ILO’s informatie kunnen uitwisselen, niet zijnde persoonsgegevens.

  • Verduidelijking van de voorwaarden voor gebruik van persoonsgegevens. Daarbij is ook expliciet een verwijzing opgenomen naar de AVG. Gebruik van persoonsgegevens is bijvoorbeeld toegestaan in het kader van bestrijding van illegale migratie en mensensmokkel en identificatie van migranten in relatie tot terugkeer.

Het kabinet steunt het uiteindelijke compromis omdat dit het gezamenlijke optreden van lidstaten, de Commissie en de agentschappen zal bevorderen. De kaders voor versterkte coördinatie en samenwerking op Europees niveau zijn bovendien voldoende afgebakend en bieden waarborgen voor het principe dat lidstaten primair verantwoordelijk blijven voor de operationele aansturing van hun ILO netwerk.


X Noot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffienr. 165041.

X Noot
2

1. Voorstel voor een verordening van het Europees parlement en de Raad betreffende de vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen EU informatiesystemen (grenzen en visa) en tot wijziging van Beschikking 2004/512/EG van de Raad, Verordening (EG) nr. 767/2008, Besluit 2008/633 /JBZ van de Raad, Verordening (EU) 2016/399 en Verordening (EU) 2017/2226;

2. Voorstel voor een verordening van het Europees parlement en de Raad betreffende de vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen EU informatiesystemen (politiële en justitiële samenwerking, asiel en migratie).

X Noot
3

Kamerstukken II 2018–2019, 32 317, nr. 549 en Kamerstukken II 2018–2019, 32 317, nr. 542

X Noot
4

Kamerstukken II 2018–2019, 22 112, nr. 2771

X Noot
5

Kamerstukken II 2018–2019, 22 112, nr. 2479

X Noot
6

Kamerstukken II 2018–2019, 32 317, nr. 545

Naar boven