32 317 JBZ-Raad

Nr. 856 MOTIE VAN HET LID DEKKER-ABDULAZIZ C.S.

Voorgesteld 18 oktober 2023

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het voorstel van de Europese Commissie aangaande de CSAM-verordening een zeer vergaand voorstel is met grote impact op de fundamentele rechten van Nederlanders;

overwegende dat wetenschappers, technische deskundigen en juridische experts grote vraagtekens zetten bij de technische effectiviteit van de voorgestelde techniek, bij de juridische haalbaarheid van het voorstel in relatie tot het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en de mate waarin het voorstel de huidige opsporingspraktijk zelfs kan verslechteren;

overwegende dat ook het Meldpunt Kinderporno van mening is dat het huidige voorstel niet in het belang is van de kinderen die het zegt te beschermen;

constaterende dat een ruime meerderheid van de Tweede Kamer zich middels de moties van Van Ginneken, Van Raan en Van Weerdenburg tegen het voorstel heeft gekeerd;

constaterende dat het kabinet demissionair is en het niet uitvoeren van de uitspraken van de Kamer een zware beleidsmatige keuze is;

verzoekt de regering om de motie-Van Ginneken c.s. (26 643, nr. 1011) alsnog uit te voeren en niet in te stemmen met het voorstel totdat elk vorm encryptiebedreigende chatcontrol, zoals client-side scanning, uit het voorstel gehaald wordt en anders niet in te stemmen met het voorstel;

verzoekt de regering tevens niet akkoord te gaan met voorwaardelijke clausules die encryptiebedreigende client-side scanning later activeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Dekker-Abdulaziz

Omtzigt

Van Weerdenburg

Van Ginneken

Temmink

Van Haga

Koekkoek

Jansen

Kathmann

Van Baarle

Van Raan

Naar boven