32 302
Wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (wettelijke grondslag verschillende waardering energieprestaties huurwoningen)

nr. 4
NADER RAPPORT¹

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt / uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 25 januari 2010, aangeboden aan de Koningin door de minister voor Wonen, Wijken en Integratie.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 9 november juli 2009, nr. 09.003201, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 9 december 2009, nr. W08.09.0465/IV, bied ik U hierbij aan.

Het voorstel geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen. De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De redactionele kanttekeningen van de Raad zijn overgenomen, met uitzondering van de kanttekening met betrekking tot het begrip energieprestatiecertificaat². Een definitie van energieprestatiecertificaat zou (aanzienlijk) uitgebreider zijn dan de tekst in de betrokken artikelen van het wetsvoorstel. Mede gelet op de regeling van waardering van de energieprestatie van gebouwen in een algemene maatregel van bestuur is een dergelijke begripsbepaling in de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte minder wenselijk.

In het artikelsgewijze deel van de memorie van toelichting (bij artikel I, onderdeel E) is een incorrecte verwijzing gecorrigeerd.

In samenhang met dit wetsvoorstel zal het Besluit huurprijzen woonruimte worden gewijzigd. Die aanpassing is reeds uitgebreid toegelicht in de memorie van toelichting bij dit wetsvoorstel.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

E. E. van der Laan

---

1 De oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de Raad van State is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

2 De redactionele kanttekening luidt:

– Het begrip «energieprestatiecertificaat» definiëren in artikel 1, eerste lid, van de wet en in de voorgestelde bepalingen onder A, B en D verwijzen naar die begripsbepaling. Die bepalingen worden daarmee beter leesbaar. Aanwijzing 122 van de Aanwijzingen voor de regelgeving.