32 279 Zorg rond zwangerschap en geboorte

Nr. 57 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 september 2013

In het Algemeen Overleg over zwangerschap en geboorte van 13 december 2012 (Kamerstuk 32 279, nr. 52) en in de voortgangsbrief zwangerschap en geboorte van 24 april 2013 (Kamerstuk 32 279, nr. 54), heb ik toegezegd u na de zomer te informeren over de stand van zaken van de verloskundige zorg in Dokkum en Meppel. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft in beide regio’s onderzoek gedaan naar de gevolgen van de concentratie van de verloskundige zorg. Hiervoor heeft de IGZ in beide regio’s gesproken met het bestuur van het Verloskundig Samenwerkings verband (VSV), eerstelijns verloskundigen, verloskundigen in de ziekenhuizen, ziekenhuisbestuurders en medewerkers van de regionale ambulance voorziening (RAV). Daarnaast heeft de inspectie gesproken met ouderparen die een bevalling in de oude en in de nieuwe situatie hebben meegemaakt. Bijgevoegd vindt u de rapportage van dit onderzoek1.

Uit het inspectieonderzoek blijkt dat er in de regio’s Meppel en Dokkum veel overeenkomsten zijn in het concentratieproces. De IGZ concludeert in haar rapportage dat de sluitingen van de verloskunde afdelingen van De Sionsberg in Dokkum en het Diaconessenhuis in Meppel niet hebben geleid tot onverantwoorde verloskundige zorg in de respectieve regio’s. De extra randvoorwaarden voor veilige zorg zijn, in ieder geval voor de korte termijn, geborgd. Zo is er in beide regio’s extra verloskundige capaciteit en ambulancecapaciteit ingezet en zijn er extra afspraken gemaakt tussen verloskundigen en de ambulancezorg. Aandachtspunt is wel dat er nog geen afspraken zijn gemaakt over de inzet van de extra capaciteit op de langere termijn. De IGZ concludeert verder dat de keuzemogelijkheden die zwangeren hebben voor de plaats van bevalling zijn gewijzigd maar dat de keuzevrijheid voor de meeste vrouwen niet beperkter is geworden. Tot slot concludeert de IGZ dat er cultuurverschillen zijn tussen professionals die de samenwerking beïnvloeden, waarbij dient te worden opgemerkt dat de professionals in beide regio’s een constructieve houding laten zien.

De sluiting van een afdeling klinische verloskunde heeft grote gevolgen voor alle betrokkenen. Ik ben verheugd te zien dat de betrokken zorgverleners in beide regio’s constructief aan de slag zijn gegaan om in de nieuwe situatie tot samenwerking en verantwoorde zorg te komen en dat hiermee de extra randvoorwaarden voor veilige zorg effectief zijn geborgd. Mits de betrokkenen aan de slag gaan met de door de IGZ beschreven aandachtspunten heb ik er vertrouwen in dat ook op lange termijn verantwoorde zorg geleverd kan blijven worden. De IGZ zal hier vanuit haar reguliere toezichtsrol op toezien.

De inspectiebezoeken in Meppel en Dokkum maakten deel uit van een uitgebreid inspectieonderzoek naar de samenwerking in het netwerk rond de zwangere en haar kind en de implementatie van de adviezen die zijn overgenomen uit het rapport van de Stuurgroep Zwangerschap en Geboorte: «Een goed begin.» (2010). De resultaten van dit onderzoek publiceert de inspectie medio 2014.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven