32 279 Zorg rond zwangerschap en geboorte

Nr. 223 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 mei 2022

Op 12 april jongstleden heeft de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport twee petities in ontvangst genomen over de geboortezorg. Het betreft de petitie «Behoud keuzevrijheid en de zelfstandige verloskundige in de wijk!» namens Platform Noodalarm Geboortezorg en de petitie «Maak teamwerk in geboortezorg mogelijk» namens de Integrale Geboortezorg Organisaties (IGO’s). Met deze brief voldoe ik aan uw verzoek om een reactie op de petities te ontvangen.

Vanuit hun constatering dat door het voorgenomen besluit de positie van de eerstelijns verloskundige zorg in de nabije toekomst verdwijnt en daarmee de keuzevrijheid voor vrouwen, vraagt Noodalarm Geboortezorg om geen ingrijpende wijzigingen in de bekostiging in te voeren. In de petitie – op dat moment aangeboden namens bijna 190.000 zwangeren, ouders en professionals in de geboortezorg – wordt uw Kamer verzocht zich uit te spreken voor instandhouden en stimuleren van laagdrempelige verloskundige zorg in de wijk en keuzevrijheid voor zwangeren van zorgverlener en plaats van geboorte, geen wijzigingen in de bekostiging door te voeren zonder aantoonbare meerwaarde en te zorgen dat de beloftes om experimenten mogelijk te maken nagekomen worden.

Vanuit hun positieve ervaringen en resultaten zien IGO’s graag dat integrale bekostiging van geboortezorg wordt gecontinueerd. In de recente petitie wordt op uw Kamer het beroep gedaan om het voorgenomen besluit te omarmen en de samenwerking in IGO’s mogelijk te (blijven) maken. De IGO’s geven daarbij aan dat integrale bekostiging wat hen betreft niet de enige stip op de horizon hoeft te worden, zij zijn blij dat een compromis wordt voorgesteld om recht te doen aan ieders wensen en zorgen.

Zoals ik in de recente Kamerbrief1 en ook in mijn beantwoording op het Verslag Schriftelijk Overleg inzake integrale bekostiging geboortezorg2 heb aangegeven, is alle input van partijen de afgelopen periode zorgvuldig betrokken in de besluitvorming. Om recht te doen aan de verschillende standpunten, ben ik tot het compromisvoorstel van twee bekostigingsvormen gekomen waarmee naar beter passende bekostiging voor integrale geboortezorg wordt toegewerkt. Er zijn nu 8 regio’s die werken met integrale bekostiging. Ik vind het belangrijk dat zij hiermee door kunnen gaan. Voor de partijen die hier de voorkeur aan geven, blijft de monodisciplinaire bekostiging regulier bestaan. Ik creëer daarmee dus een extra mogelijkheid in de bekostiging, ik wijzig de monodisciplinaire bekostiging niet. Ik acht voor nu dit voorgenomen beleid als het best haalbare om vandaaruit ook stappen voorwaarts te kunnen zetten in de doorontwikkeling naar een betere passende bekostiging van integrale geboortezorg. Daarbij blijft het mogelijk voor partijen om te experimenteren. Met het voorstel geef ik ook de benodigde duidelijkheid aan het veld en de richting die we met elkaar op gaan.

De komende jaren zullen de ontwikkelingen met betrekking tot de bekostiging nauwgezet gemonitord blijven worden door zowel de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) als het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Zij hebben vanuit hun rol en opdracht ieder een eigen invalshoek hierin, waarbij er nauw samen wordt opgetrokken. Ik vind het belangrijk dat we goed zicht blijven houden op de effecten van bekostiging op de geboortezorg. De IGO’s geven in hun petitie zelf ook aan te zullen deelnemen aan zorgevaluaties en wetenschappelijk onderzoek. Dat vind ik een goede zaak. Indien resultaten vanuit de monitoring hiertoe aanleiding geven, zal ik met betrokkenen kijken naar benodigde acties.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers


X Noot
1

Kamerstuk 32 279, nr. 221

X Noot
2

Kamerstuk 32 279, nr. 222

Naar boven