32 252 Wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de invoering van geluidproductieplafonds en de overheveling van hoofdstuk IX van de Wet geluidhinder naar de Wet milieubeheer (modernisering instrumentarium geluidbeleid, geluidproductieplafonds)

Nr. 50 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 februari 2012

In de procedurevergadering van 1 februari 2012 heeft de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu verzocht om een reactie op het RTL-bericht «Tienduizenden woningen kunnen niet gebouwd worden». Ook heeft de commissie gevraagd om toezending van het DHV-rapport «Onderzoek effecten geluidnormering woningbouw langs rijkswegen en hoofdspoorwegen», dat een belangrijke rol gespeeld heeft in de berichtgeving van RTL.

Hierbij reageer ik op het RTL-bericht en doe ik u het gevraagde onderzoeksrapport toekomen.1

Op dit moment vindt in samenwerking met de VNG en het IPO de uitwerking van Swung-2 (de herziening van de geluidregelgeving fase 2) plaats. Bij de behandeling van Swung-1 heb ik u laten weten u over de hoofdlijnen en voortgang van Swung-2 in het voorjaar 2012 te zullen informeren, mits het overleg met de andere overheden hieromtrent voldoende is gevorderd.

Belangrijk onderdeel van Swung-2 vormt een wijziging van de normstelling voor de nieuwbouw van geluidgevoelige bestemmingen, dus ook de nieuwbouw van woningen. Nu de behandeling van wetsvoorstel Swung-1, de regelgeving voor beheersing van het geluid van rijkswegen en hoofdspoorwegen, is afgerond, stellen de andere overheden er groot belang in spoedig duidelijkheid te krijgen over de eventuele wijzigingen in de geluidnormen voor woningbouw nabij rijkswegen en hoofdspoorwegen die met Swung-2 doorgevoerd zullen worden.

Met het oog daarop worden in constructief overleg met de VNG en het IPO voorstellen voor de toekomstige normstelling voor woningbouw langs de rijksinfrastructuur voorbereid.

Hierbij wordt naast eventuele aanpassing van de normen voor woningbouw langs rijkswegen en hoofdspoorwegen ook gekeken naar de toekomstige rol van uitzonderingsbepalingen, waaronder de dove gevel.

Voordat tot nieuwe beleidskeuzes wordt gekomen, worden eventuele gevolgen van allerlei mogelijke opties in beeld gebracht. In dat kader is de betreffende DHV-rapportage tot stand gekomen. Dit rapport geeft een beeld van de eventuele gevolgen voor woningbouw van allerlei opties en mogelijke maatregelen, die in samenhang bezien moeten worden. Daarnaast zullen ook de gevolgen voor gezondheid van verschillende opties in beeld worden gebracht.

RTL heeft zijn berichtgeving gebaseerd op de veronderstelling dat er het beleidsvoornemen is de dove gevel als uitzonderingsbepaling te schrappen. Deze veronderstelling is onjuist. Uit het DHV-onderzoek blijkt dat dit aanzienlijke gevolgen voor de woningbouwmogelijkheden zou hebben. DHV adviseert in het rapport dan ook de dove gevel te behouden. Effectneutraliteit voor de woningbouwmogelijkheden vormt een belangrijk uitgangspunt in het overleg met VNG en IPO. Ik verwacht dan ook dat in de toekomst toepassing van de dove gevel mogelijk zal blijven.

De gewenste zorgvuldigheid heeft tot gevolg dat nog enige tijd nodig is om tot een optimaal voorstel voor de toekomstige normering te komen. Ik verwacht uw Kamer in het voorjaar van 2012 over de uitkomsten van het overleg met VNG en IPO te kunnen informeren.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, J. J. Atsma


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven