nr. 4
NADER RAPPORT1
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het
zonder meer instemmend luidt/uitsluitend opmerkingen van redactionele aard
bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).
Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 24 november 2009, aangeboden
aan de Koningin door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 22 oktober
2009, nr. 09.002980, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies
inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen.
Dit advies, gedateerd 28 oktober 2009, nr. W11.09.0416/IV, bied ik U
hierbij aan.
Het ontwerp geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van
inhoudelijke opmerkingen. Aan de redactionele kanttekeningen van de Raad is
gevolg gegeven.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om, naar aanleiding van de redactionele
kanttekeningen van de Raad van State, ook artikel 51 van de Meststoffenwet
en artikel 1a van de Wet op de economische delicten aan te passen aan de wijzigingen
van de artikelen 9 en 13 in het wetsvoorstel tot wijziging van de Meststoffenwet
(differentiatie fosfaatgebruiksnorm)2, waarvan
de inwerkingtreding is voorzien op 1 januari 2010. Dat wetsvoorstel voegt
aan artikel 9 een derde lid toe, dat ook in aanmerking komt voor handhaving
door middel van de bestuurlijke boete, en vernummert het derde lid van artikel
13. Derhalve wordt in artikel 51 Meststoffenwet en artikel 1a Wet op de economische
delicten ook een verwijzing naar artikel 9, derde lid, van de Meststoffenwet
opgenomen en wordt de verwijzing naar artikel 13, derde lid, aangepast.
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en
de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
te zenden.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg