32 222 XIV
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2009 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

nr. 3
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 10 december 2009

De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Atsma

De griffier van de commissie,

Dortmans

1

Kunt u toelichten waarom de meevaller in de glastuinbouwregelingen in de Verticale Toelichting 9,2 miljoen bedraagt en in de Memorie van Toelichting bij de begrotingsstaten van LNV 19,1 miljoen?

Zie antwoord op vraag 2.

2

Welk bedrag geeft de werkelijke meevaller bij de glastuinbouwregelingen in 2009 weer?

De werkelijke meevaller bij de glastuinbouwregelingen 2009 bedraagt € 19,1 mln.

Een deel van deze meevaller (€ 9,9 mln.) is ingezet voor de toevoeging aan de interne begrotingsreserve Borgstellingsfonds voor de garantstellingen «garantstelling plus» voor duurzame investeringen en de garantieregeling voor agrarische bedrijven. Omdat dit een mutatie binnen hetzelfde artikel betreft is deze meevaller ad € 9,9 mln. niet opgenomen in de Verticale Toelichting, maar wel in de 2e suppletore begroting LNV.

3

Kunt u toelichten waarom € 23,3 mln. nog niet in 2009 is uitgegeven aan de regelingen duurzame stallen en luchtkwaliteit veehouderij, terwijl er veel belangstelling voor deze investeringsregelingen is?

Deze onderuitputting zit met name op de regelingen duurzame stallen en luchtkwaliteit veehouderij. Voor beide regelingen is inderdaad veel belangstelling. De oorzaak van de onderuitputting is tweeledig. De eerste oorzaak is de staatssteunmelding bij de Europese Commissie voor de regeling duurzame stallen. Het door de EU goedgekeurde subsidieplafond 2009 voor de investeringsregeling duurzame stallen bedraagt dit jaar qua kas namelijk € 2,5 mln. Deze wordt volledig verplicht. Voor de openstelling 2010 wordt een staatssteunmelding gedaan bij de Europese Commissie met als doel om in 2010 de regeling voor het resterende bedrag te kunnen openstellen.Voor investeringen in gecombineerde luchtwassers voor de veehouderij is de subsidieregeling in 2009 opengesteld voor € 20 mln. (inclusief € 5 mln. Europese cofinanciering). Er zijn 208 aanvragen goedgekeurd waarmee het totale budget 2009 is verplicht. De kastuitgaven vinden plaats in 2010 en volgende jaren. De subsidieregeling zal in 2010 worden opengesteld voor € 5 mln. De tweede oorzaak heeft te maken met de noodzakelijke voorbereidingstijd. Om de investering in duurzame stallen en gecombineerde luchtwassers in de veehouderij te kunnen doen zijn onder meer milieu- en bouwvergunningen nodig. Mede daarom bieden de regelingen voor duurzame stallen en luchtkwaliteit veehouderij de ondernemer 2 jaar de tijd om de investering af te ronden.

4

Kunt u toelichten waarom het EVF budget 2009 voor verduurzaming visserijsector niet volledig is uitgeput?

Bij aanvang van het EVF-programma 2007–2013 is er meerjarig budget aan de LNV-begroting toegevoegd. Deze toekenning loopt voor de kas niet gelijk aan het operationeel programma, daarom is het kasbudget 2009 niet volledig uitgeput. De verplichtingen zijn wel in zijn geheel aangegaan. Het kasbudget voor de nationale cofinanciering van het EVF blijft beschikbaar voor 2010 en volgende jaren.

5

Kunt u toelichten waarom er in 2009 sprake is van vertraging in de uitfinanciering en uitvoering van de FES-programma’s Kas als energiebron en Ketenefficiency (-/- € 1,8 mln.)?

De oorzaak van de vertraging bij het programma «Kas als energiebron» komt doordat de medefinancier, Productschap Tuinbouw, tot een «second opinion» heeft besloten bij het vervolg op het onderzoek naar de elektriciteitsproducerende kas. Daarnaast heeft de voorbereiding van de «proof of principle-projecten» meer tijd gekost, waardoor het zwaartepunt van de kasuitgaven in 2010 plaatsvindt (in plaats van 2009).

Bij het programma «Ketenefficiency» is sprake van co-financiering. Nadat de sector heeft geïnvesteerd, volgt de financiering van het Rijk. Tot eind 2009 bestaan de werkzaamheden vooral uit het inventariseren van de besteedde sectorgelden en het selecteren welke sectorbestedingen in aanmerking komen voor co-financiering. Deze uitgaven vinden plaats in 2010.

6

Kunt u toelichten waarom er vanuit OD 21.12 (Bevorderen van maatschappelijk geaccepteerde productievoorwaarden en dierenwelzijn) middelen (€ 5,6 mln.) zijn overgeboekt naar artikel 26 voor de uitvoering van diverse projecten door de Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO) op het gebied van gewasbescherming, bemesting (o.a. telen met toekomst) en dierenwelzijn (o.a. herontwerp duurzame stal- en houderijsystemen)?

De genoemde onderzoeken en projecten die worden uitgevoerd door DLO worden verantwoord op artikel 26 (Kennis en innovatie). Het hiervoor benodigde budget wordt daartoe overgeheveld van artikel 21 (duurzaam ondernemen) naar artikel 26.

7

Waarom worden de extra beschikbare € 12,6 mln. in 2009 op OD 21.12 voor de investeringsregeling duurzame stallen en het Small Business Innovation Research (SBIR) nog niet in 2009 uitgegeven maar in 2010? En voor welke regeling worden de € 6,9 miljoen aan verplichtingen aangegaan?

Het budget dat in het aanvullend beleidsakkoord beschikbaar is gesteld voor de investeringsregeling duurzame stallen wordt in 2009 niet volledig uitgeput, omdat slechts een deel van het budget kon meelopen in het door de EU goedgekeurde subsidieplafond 2009. Het resterende bedrag wordt bij openstelling 2010 beschikbaar gesteld. Hiervoor wordt een nieuwe staatssteunmelding bij de Europese Commissie gedaan. Daarnaast lopen de kasuitgaven niet één op één met het aangaan van de verplichtingen dit i.v.m. de noodzakelijke voorbereidingstijd. De kasmiddelen worden daarom niet volledig in 2009 uitgegeven. Zie ook mijn antwoord op vraag 3.

Het budget dat beschikbaar is gesteld voor het Small Business Innovation Research (SBIR) Programma Biobased Economy en Agrologostiek wordt uitgevoerd door Senter Novem. De verplichtingen voor dit programma worden in 2009 volledig aangegaan. De kasbetalingen vinden plaats in de periode 2009 tot en met 2012.

De € 6,9 mln. aan verplichtingen hebben betrekking op de investeringsregeling duurzame stallen en het SBIR programma.

8

Was vooraf niet bekend dat voor het openstellen van het FES programma «Luchtkwaliteit» een toets op Staatssteun moest worden voorgelegd in Brussel?

De staatssteuntoets door de Europese Commissie was vooraf bekend. De Europese Commissie is inmiddels akkoord gegaan, waardoor de kasuitgaven in 2010 zullen plaatsvinden.

9

Zijn de hogere kosten voor Dienst Regelingen structureel of incidenteel van aard?

Het gaat om aanvullende incidentele opdrachten op het domein van Agroketens en Visserij in 2009 waar extra budget voor beschikbaar is gesteld.

10

Kunt u toelichten waarom er voor het beheer van CLIENT (Controle Landbouwgoederen Import en Export naar een Nieuwe Toekomst) € 2,5 mln. wordt toegevoegd aan de bijdrage van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA)?

Deze taak (beheer en ontwikkeling van CLIENT) is overgegaan naar de VWA. De bijdrage aan de VWA wordt derhalve verhoogd.

11

Waarom heeft u ervoor gekozen om de opdracht voor de ondersteuning van het Beleidsprogramma Biodiversiteit 2009/2012 aan SenterNovem te verlenen, terwijl daarvoor het verplichtingenbudget met € 5,4 mln. moet worden verhoogd?

Voor het programma Biodiversiteit zijn afspraken gemaakt met de ministeries van VROM en BUIZA. Deze departementen hebben hun meerjarige bijdrage toegezegd.

Door de expertise van eerdere positieve ervaringen met Senter Novem op het gebied van ondersteuning van de uitvoering van beleidsprogramma’s is besloten om deze opdracht aan Senter Novem te verlenen. Voor de uitvoering van dit programma zijn afspraken gemaakt met Senter Novem.

Omdat in 2009 de opdrachtverlening voor de ondersteuning van dit meerjarige programma plaats vindt wordt in 2009 het verplichtingenbudget verhoogd. Met de departementen is een regeling afgesproken dat de bijdrage aan dit programma door middel van facturering plaats vindt. Dit leidt de komende jaren tot desalderingen op de begroting in de kassfeer.

12 en 13

Kunt u een inschatting geven van de termijn waarop de uitvoeringskosten van het Nieuw Programma Beheer gaan dalen?

Kunt u toelichten waarom er in 2009 sprake is van hogere uitvoeringskosten Programma Beheer ad € 23,3 mln.?

In de begroting 2009 is een raming opgenomen voor uitvoeringskosten van Dienst Regelingen voor Programma Beheer van € 13 mln. structureel. Mijn inzet is erop gericht om de uitvoeringskosten, die in 2009 circa € 36 mln. bedragen, te doen dalen naar circa € 20 mln. in 2013 en verder. Hiervoor heb ik de nodige maatregelen, waaronder vereenvoudiging van het Programma Beheer, in gang gezet. Bij Voorjaarsnota 2010 zal ik ingaan op de meerjarige doorwerking.

14

Op welke wijze wordt het PASO gefinancierd? Hoe ziet het (financierings)plaatje er uit?

LNV heeft met de provincie Noord-Holland afspraken gemaakt over de realisatie van 500 hectare groen in de Haarlemmermeer in het kader van PASO (Plan van Aanpak Schiphol en Omgeving). De middelen die hiervoor beschikbaar zijn, zijn in het verleden door diverse partijen (o.a. NV Schiphol, provincie en het ministerie van VROM) op een compensatierekening in het Groenfonds gestort. Dit met de bedoeling dat het bedrag zodanig zou aangroeien, dat de groenopgave gerealiseerd kan worden. Hiervoor is thans een bedrag van circa € 26 miljoen beschikbaar. Als gevolg van de gemaakte afspraken met de provincie Noord-Holland dienen de PASO-middelen via de ILG-systematiek van beschikken en bevoorschotten aan de provincie ter beschikking worden gesteld. Hiervoor is het noodzakelijk dat de desbetreffende middelen worden overgeheveld naar de LNV-begroting.

Voor 2009 is bij onderhavig wetsvoorstel € 12,950 mln. aan de begroting toegevoegd. De resterende € 12,950 mln.wordt bij Voorjaarsnota 2010 budgettair aan de LNV-begroting toegevoegd.

15

Klopt het dat de tabel Budgettaire gevolgen van beleid bij artikel 24.13 een foutieve optelling bevat? Zo ja, welke uitgaven zijn er op dit artikel wel gedaan?

In de kolom «Stand 1e suppletore begroting 2009» staat bij OD 24.13 abusievelijk een bedrag van 41 434 in plaats van 78 795. De opgenomen stand 2e suppletore begroitng 2009 van OD 24.13 ad. € 20,2 mln. is juist. Dit betreft de verwachte uitgaven 2009 voor «Recreatie om de Stad».

16

Kunt u toelichten waarom het budget voor verwerving bosen landschap wordt verlaagd met € 1,5 mln.?

In het kader van Nulmeting op Kaart zijn met de provincies afspraken gemaakt over de toedeling van BBL-bezit naar doelen, waaronder Bos en Landschap. Alle provincies hebben bestuurlijk aangegeven dat het aan Bos en Landschap toegedeelde BBL-bezit voldoende is om de resterende verplichtingen uit te financieren. Het Rijk behoeft dan ook geen budget meer ter beschikking te stellen voor verwerving van Bos en Landschap.

17

Waarom komen de middelen voor subsidieregeling Belvedère nu vrij en waarom worden deze middelen besteed via de Dienst Landelijk Gebied?

De middelen voor de subsidieregeling Belvedère komen niet vrij maar worden overgeheveld naar het bijdrageonderdeel van de Dienst Landelijk Gebied, aangezien het hier gaat om uitvoeringskosten van de subsidieregeling.

18

Kunt u toelichten waarom het saldo in het Diergezondheidsfonds, in tegenstelling tot afgelopen jaren, toereikend is?

De werkelijke kosten (o.a calamiteitencapaciteit Rendac) over de afgelopen jaren blijken lager te zijn uitgevallen dan als verwachting gestort. Hierdoor is het saldo opgelopen.

19

Kunt u toelichten waarom een deel van het geraamde bedrag (€ 0,6 mln.) voor destructie-uitgaven naar verwachting niet tot betaling komt?

Bij de begroting 2009 is uitgegaan van een iets hoger aanbod van destructiematerialen dan op basis van de actuele realisatie voor geheel 2009 wordt verwacht.

20

OD 25.12 Handhaven diergezondheidsniveau wordt met bijna € 12 miljoen verlaagd. De toelichting beperkt zich tot een deel van dit bedrag, in totaal € 11,5 miljoen. Kunt u een toelichting geven op de overige € 0,5 miljoen?

De resterende verlaging van € 0,5 mln. houdt voornamelijk verband met het feit dat de uitgaven voor het gebruik van topografische en kadastrale gegevens in het kader van wettelijke basisregistraties centraal worden verantwoord op artikel 24.

21

Waarom hebben de uitgaven in het kader van CBRN-weerstandsverhoging (Chemisch, Biologisch, Radiologisch en Nucleair) in 2009 vertraging opgelopen? Blijft het budget wel beschikbaar voor CBRN?

De vertraging wordt veroorzaakt door het feit de instellingen meer tijd nodig hebben om het Security Management Systeem in de eigen bedrijfsvoering te implementeren en om daarmee te komen tot een uitvoeringsplanning voor de beveiligingsmaatregelen. Dit is een organisatorische systeem dat de instellingen in staat stelt om real-time, any-time inzicht te genereren in de eigen security situatie). Op basis van dit systeem worden gericht de juiste maatregelen genomen, zodat een integraal beveiligingssysteem ontstaat waarbij maatregelen en organisatie op elkaar zijn afgestemd. Het niet bestede budget wordt bij Voorjaarsnota 2010 aan de begroting LNV toegevoegd.

22

Welke onderzoeksprojecten op het gebied van voedselveiligheid worden voor een bedrag van € 0,4 mln. uitgevoerd?

Het betreft hier feitelijk geen onderzoeksprojecten. Het bedrag van € 0,4 mln is bestemd voor de kosten van de uitvoering van smaaklessen op school.

23

Wat houdt de vernieuwingsimpuls NWO van € 1,3 mln. in?

De vernieuwingsimpuls NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) is door NWO samen met KNAW en de Universiteiten opgezet. Het programma heeft als doel vernieuwend onderzoek een extra impuls te geven. Het biedt talentvolle onderzoekers de kans om onderzoek uit te voeren en de doorstroom bij wetenschappelijke onderzoeksinstellingen te bevorderen. Alle universiteiten dragen aan dit programma bij via een inhouding op de rijksbijdrage.


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), ondervoorzitter Schreijer-Pierik (CDA), Atsma (CDA), voorzitter Poppe (SP), Waalkens (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Jager (CDA), Ormel (CDA), Koopmans (CDA), Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Samsom (PvdA), Van Dijken (PvdA), Neppérus (VVD), Jansen (SP), Jacobi (PvdA), Cramer (CU), Koppejan (CDA), Graus (PVV), Zijlstra (VVD), Thieme (PvdD), Dibi (GL), Polderman (SP), Elias (VVD) en Linhard (PvdA).

Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Mastwijk (CDA), ten Hoopen (CDA), Luijben (SP), Tang (PvdA), Harbers (VVD), Bilder (CDA), Biskop (CDA), Pieper (CDA), Koşer Kaya (D66), Van Leeuwen (SP), Eijsink (PvdA), Depla (PvdA), Vacature (VVD), Kant (SP), Blom (PvdA), Ortega-Martijn (CU), Van Heugten (CDA), Brinkman (PVV), Ten Broeke (VVD), Ouwehand (PvdD), Vendrik (GL), Lempens (SP), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD) en Van Dam (PvdA).

Naar boven