32 213 (R1903) Wijziging van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in verband met de wijziging van de staatkundige hoedanigheid van de eilandgebieden van de Nederlandse Antillen (Rijkswet wijziging Statuut in verband met de opheffing van de Nederlandse Antillen)

G BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juni 2020

Sinds 10 oktober 2010 is de Algemene Maatregel van Rijksbestuur Samenwerkingsregeling waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint Maarten (hierna: Samenwerkingsregeling) van kracht. Hierin is vastgelegd dat er voor de landstaken die Curaçao en Sint Maarten op het moment van de staatkundige hervorming nog niet naar behoren konden uitvoeren, een plan van aanpak is om de landstaak zelfstandig uit te kunnen voeren. Voor de uitvoering van de plannen van aanpak is uitgegaan van een termijn van twee jaar. De Samenwerkingsregeling geeft de mogelijkheid om de regeling te verlengen met twee jaar wanneer niet alle plannen binnen de termijn afgerond zijn. Verlenging heeft eerder plaatsgevonden in 2012, 2014, 2016 en 2018. De werkingsduur van de Samenwerkingsregeling is dus tot 10 oktober 2020.

Stand van zaken Curaçao

De Voortgangscommissie Curaçao heeft in februari 2017 geconstateerd dat alle plannen van aanpak landstaken Curaçao zijn uitgevoerd. De Voortgangscommissie Curaçao heeft haar werkzaamheden per 1 juni 2017 beëindigd. Sindsdien heeft de Samenwerkingsregeling geen werking meer voor Curaçao.

Stand van zaken Sint Maarten

Sint Maarten heeft drie van de oorspronkelijke vijf plannen van aanpak voor de uitvoering van landstaken afgerond. Alleen de plannen van aanpak voor het gevangeniswezen en de politie zijn nog in uitvoering. In de nasleep van de orkanen Irma en Maria heeft de Voortgangscommissie Sint Maarten in haar rapportages geconstateerd dat belangrijke onderdelen van de justitieketen zwaar getroffen zijn waardoor in die periode nauwelijks sprake is geweest van het meten van voortgang op deze plannen van aanpak. Ook in de periode van wederopbouw blijkt dat er de afgelopen twee jaar onvoldoende vooruitgang is geboekt. Voor zowel het plan van aanpak gevangeniswezen als het plan van aanpak politie geldt dat deze niet vóór 10 oktober 2020 zullen zijn voltooid. Voor het Korps Politie Sint Maarten geldt wel dat het de afgelopen periode een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt.

De Voortgangscommissie Sint Maarten heeft geadviseerd dat, hoewel verlenging in de rede ligt omdat de plannen van aanpak nog niet zijn voltooid, verlenging van de Samenwerkingsregeling alleen zinvol is wanneer aan beide kanten de wil tot samenwerking bestaat. Het advies van de Voortgangscommissie en de voortgang van de plannen van aanpak zijn besproken in een ministerieel overleg tussen Sint Maarten en Nederland op 23 april 2020. Tijdens dit overleg hebben beide partijen aangegeven het belang en de urgentie van de voltooiing van de resterende plannen van aanpak te onderschrijven. Door Sint Maarten is het commitment uitgesproken dat (politieke) besluiten zullen worden genomen die de juiste randvoorwaarden creëren. Hoewel met verlenging de Samenwerkingsregeling zal gelden tot 10 oktober 2022, streven de landen naar afronding van de resterende plannen van aanpak zoveel eerder als mogelijk.

De Rijksministerraad heeft op vrijdag 5 juni jl. ingestemd met de verlenging van de Amvrb. Conform artikel 42, vierde lid, van de Amvrb dienen beide Kamers van de Staten-Generaal gekend te worden in ieder besluit tot beëindiging of verlenging van de Amvrb. Daarnaast dient de verlenging van het besluit uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van de huidige termijn (10 augustus 2020) bekendgemaakt te worden. Het ontwerp van het koninklijk besluit1 dat deze verlenging regelt treft u bij dit schrijven aan.

Hierbij benadruk ik graag nogmaals dat verlenging van de Samenwerkingsregeling niet vrijblijvend is. Al jarenlang blijkt uit rapportages van de Voortgangscommissie en de Raad voor de Rechtshandhaving, en uit uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat de detentiesituatie op Sint Maarten ontoereikend is. Nederland heeft de afgelopen jaren uitvoerig gemonitord op de gemaakte afspraken en ondersteuning aangeboden op juridisch, organisatorisch en bouwkundig vlak. Van het gedane ondersteuningsaanbod heeft Sint Maarten beperkt gebruik gemaakt. De Samenwerkingsregeling, die gebaseerd is op samenwerking, kan uitsluitend bijdragen aan structurele verbeteringen in de detentiesituatie, indien gemaakte afspraken worden nagekomen. Het gebrek aan vooruitgang op het gebied van detentie, vraagt nu om een daadkrachtigere aanpak. Zowel Sint Maarten en Nederland hebben zich daar aan gecommitteerd en de uitvoering daarvan zal nauwgezet gemonitord worden. Aanvullend zal er verkend worden of en welke stappen nodig zijn om de uitvoering van de plannen van aanpak te versnellen. Hiertoe blijven Sint Maarten en Nederland in overleg.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops


X Noot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning.

Naar boven