32 165 Tijdelijke regels voor een pilot ter bevordering van de participatie van personen met een arbeidsbeperking met behulp van loondispensatie (Tijdelijke wet pilot loondispensatie)

G BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 januari 2011

Tijdens de behandeling van de Tijdelijke wet pilot loondispensatie op 18 mei 2010 heeft de heer Van Driel gevraagd of bekeken kan worden wat gedaan kan worden om gemeenten die scholing, vorming en training aanbieden, meer kans te laten maken op deelname aan de pilot met loondispensatie.

Het is helaas niet mogelijk gebleken om gemeenten die scholing, vorming en training aanbieden, meer kans te laten maken op deelname aan de pilot met loondispensatie. Reden hiervoor is dat bij de selectie van gemeenten die een verzoek tot deelname hebben gedaan, een aantal objectieve criteria is toegepast. Dit waren de spreiding over de werkpleinregio’s, de grootte van de gemeente, de netto uitstroom WWB en de realisatie van arbeidsplaatsen bij reguliere werkgevers voor Wsw-geïndiceerden zijn de criteria waarop de gemeenten zijn geselecteerd.

Gekozen is voor objectieve criteria omdat de selectiekenmerken immers van invloed zijn op de resultaten die behaald worden bij het aan het werk helpen van de doelgroep met inzet van het instrument loondispensatie.

Er is niet voor gekozen om gemeenten die scholing, vorming en training aanbieden, meer kans te laten maken op deelname aan de pilot met loondispensatie omdat het niet mogelijk is gebleken criteria op het gebied van scholing, vorming en training op dusdanige wijze te operationaliseren dat recht kon worden gedaan aan de representativiteit die een betrouwbare evaluatie van de pilot vereist.

Wel zal, mede naar aanleiding van de vraag in de Eerste Kamer, in het onderzoek binnen de pilot loondispensatie gekeken worden welke rol de door de gemeente gehanteerde instrumenten, waaronder scholing, spelen bij het aan het werk helpen en houden van mensen met een arbeidsbeperking.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom