32 123 XVI
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2010

nr. 124
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 maart 2010

Tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 9 maart 2010 heeft u verzocht om een brief met daarin mijn visie op de situatie zoals het Financieele Dagblad 2010 schetst omtrent de orthodontie. Het Financieele Dagblad gaat in een tweetal artikelen (8 en 9 maart 2010) in op de hoge inkomens van de orthodontisten en het feit dat illegaal de titel orthodontist wordt gevoerd.

Het Financieele Dagblad heeft zelfstandig onderzoek uitgevoerd naar de praktijkvoering van orthodontisten. Uit haar onderzoek blijkt dat de werkelijke inkomens van orthodontisten in sommige gevallen aanmerkelijk hoger uitkomen dan het wettelijk vastgestelde norminkomen van € 140 000, waarvan wordt uitgegaan bij het bepalen van de tarieven voor orthodontie. Op dit moment laat de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een onderzoek uitvoeren naar de inkomsten, omzet en tijdbesteding van orthodontisten om de tarieven opnieuw vast te stellen aan de hand van zo recent mogelijke gegevens. Primaire aanleiding was de uitspraak van de rechter, vorig jaar, dat de eerder stapsgewijze ingezette tariefverlaging van in totaal 29% onvoldoende onderbouwd was. Deze uitspraak dwong de NZa tot het tijdelijk en gedeeltelijk terugdraaien van de tariefverlaging met 12,9%, met ingang van 1 juli 2009. Het nu lopende kostenonderzoek is erop gericht om de tarieven voor orthodontie te kunnen onderbouwen met zo recent mogelijke gegevens. De NZa verwacht in april de resultaten van het onderzoek te ontvangen. Zo snel mogelijk daarna zal de NZa op basis van deze resultaten nieuwe tarieven vaststellen, welke met terugwerkende kracht vanaf 1 juli 2009 in werking zullen treden. Met deze tarieven beschikt de NZa over een maatstaf om, zonodig, op grond van de Wet marktordening gezondheidszorg inkomensexcessen binnen de orthodontie aan te pakken.

In samenhang met de inkomensdiscussie maakt het Financieele Dagblad voorts melding van orthodontisten die zich, om financieel-technische redenen, uit het specialistenregister hebben uitgeschreven, maar toch de titel orthodontist blijven voeren. Ik wijs erop dat dit strafbaar is in de zin van de Wet Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg en zal de Inspectie voor de Gezondheidszorg opdracht geven om hierop toe te zien en zonodig te handhaven.

Ik vertrouw erop u voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink