nr. 47
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 december 2009
Tijdens het plenaire debat over de SZW-begroting op donderdag 11 december
had ik een gedachtewisseling met mevrouw Vermeij over de uitwerking van de
ombuigingsmaatregel vangnet Ziektewet. Op basis van de beantwoording van de
schriftelijke vragen blijkt dat het antwoord anders had moeten luiden. Nu
ontstond ten onrechte het beeld dat zieke werklozen, die na afloop van de
WW-uitkering nog ziek zijn, niet langer een ZW-uitkering zouden ontvangen.
Ik heb in het debat gezegd dat dit beeld onjuist is. Om geen misverstanden
te laten ontstaan heb ik toegezegd separaat op dit punt te zullen terugkomen.
Dat doe ik hierbij.
Nadere bestudering van het schriftelijke antwoord levert het inzicht op
dat de zinsnede «Dit wordt gerealiseerd door de zieke
werkloze tijdens de gehele ziekteperiode een WW-uitkering te laten ontvangen
in plaats van ziekengeld, waarmee stapeling van de ZW-periode en duur van
het WW-recht wordt voorkomen», niet adequaat is en het misverstand
kan oproepen dat na afloop van de WW-uitkering geen recht meer bestaat op
ziekengeld. Dat is echter niet wat beoogd wordt.
Ik licht dit hierbij toe. In de huidige situatie blijft een zieke werkloze
tijdens de eerste 13 weken van ziekte een WW-uitkering ontvangen en ontvangt
hij bij ziekte daarna een ZW-uitkering. Als hij weer beter is en nog werkloos
is, wordt aansluitend de WW-uitkering hervat als daarop nog rechten bestaan.
Zowel in de huidige als de nieuwe situatie geldt dat een werkloze die
ziek wordt, vanaf de eerste ziektedag in de Ziektewet zit en (eventueel met
inachtname van twee wachtdagen, afhankelijk van de CAO) recht heeft op ziekengeld.
In de huidige situatie komt gedurende de eerste 13 weken van ziekte dat ziekengeld
niet tot betaling omdat betrokkene reeds een WW-uitkering ontvangt. In de
nieuwe situatie blijft ook na de eerste 13 weken ziekte de WW-uitkering doorlopen.
Als de betrokkene beter wordt tijdens zijn WW-uitkering en nog recht op WW
heeft, loopt die uitkering door tot het moment dat hij niet langer
werkloos is. Als de betrokkene na afloop van de WW-uitkering nog ziek is,
komt de ZW-uitkering tot uitbetaling totdat hij beter is of totdat hij, na
104 weken na de eerste ziektedag, een eventuele WIA-aanvraag aan de orde is.
Dit voornemen vergt wetswijziging. Mijn streven is erop gericht om dit
wetsvoorstel per 1 januari 2011 in werking te laten treden.
Ik hoop hiermee het misverstand opgehelderd te hebben.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J. P. H. Donner