32 123 XIV
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2010

nr. 51
MOTIE VAN HET LID POLDERMAN

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 16 november 2009

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de kweek van vis in Nederland nog in de kinderschoenen staat, maar als veelbelovend alternatief wordt gezien voor de reguliere visserij;

overwegende, dat het op grote schaal kweken van vis nadelige gevolgen kan hebben voor onder andere dierenwelzijn, geneesmiddelengebruik en het milieu;

constaterende, dat wanneer de «grondstof» voor kweekvis (zoals glasaal) uit het wild gehaald wordt, de kweek geen meerwaarde (meer) biedt ten opzichte van de visserij in de vrije wateren, maar in veel gevallen juist een verslechtering van de huidige situatie;

verzoekt de regering toe te werken naar een verbod op de grootschalige kweek van vis waarvoor de grondstof uit het wild gehaald wordt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Polderman

Naar boven