32 123 XII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2010

nr. 7
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 oktober 2009

De vaste commissie van Verkeer en Waterstaat heeft mij verzocht te reageren op de uitkomsten van het rapport «De schipper aan het woord» dat de Socialistische Partij (SP) heeft opgesteld op basis van een enquête onder binnenschippers. Ik waardeer de betrokkenheid van de SP bij de binnenvaartsector. Een betrokkenheid die ik geheel deel.

De resultaten van de door de SP uitgevoerde enquête illustreren de gevolgen die de economische crisis heeft voor de schippers die aan de enquête hebben meegedaan. Dit beeld komt overeen met de gegevens die ik vanuit diverse andere bronnen, alsmede uit de sector zelf, reeds heb verkregen. De economische gevolgen zijn groot, de vraag naar transport is sterk gedaald, er is sprake van een overaanbod aan scheepsruimte, de tarieven zijn sterk gedaald en een substantieel deel van de sector bevindt zich in financieel zwaar weer.

Op basis van de enquête zijn een tiental aanbevelingen geformuleerd. Sommige van deze aanbevelingen zijn van meer algemene aard, zoals de oproep om de toekomst van de binnenvaart veilig te stellen, het actief stimuleren van de binnenvaart en de vraag om aandacht voor kleinere schepen. Andere aanbevelingen bevatten concrete voorstellen om de gevolgen van de economische crisis in de binnenvaart aan te pakken. Ik noem het indienen van een verzoek bij de Europese Commissie om een crisis in de binnenvaart vast te stellen, herziening van de technische eisen van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR), invoering van bodemprijzen, invoering van een oplegregeling voor nieuwbouwschepen, stopzetting van de garantiekredieten voor de financiering van nieuwe schepen en eerdere pensionering van oudere schippers.

In deze brief geef ik u mijn reactie ten aanzien van deze aanbevelingen.

In mijn brief van 25 september jl. (kamerstuk 32 123 XII, nr. 4) heb ik u geïnformeerd over mijn voornemen om de Europese Commissie te verzoeken de crisis in de binnenvaart vast te stellen. Ook heb ik u op de hoogte gesteld van mijn initiatief om de financiële gevolgen van de technische CCR-eisen in crisistijd te mitigeren via een bijzondere toepassing van de zogenaamde hardheidsclausule. In diezelfde brief ben ik ook ingegaan op het voorstel om eerdere pensionering van oudere schippers mogelijk te maken. Al deze onderwerpen worden naar voren gebracht in het rapport «De schipper aan het woord». Voor mijn reactie op deze onderwerpen verwijs ik kortheidshalve naar genoemde brief.

De geliberaliseerde binnenvaartmarkt

Het Nederlandse binnenvaartbeleid krijgt vorm binnen de Europese context waarin de binnenvaartmarkt vrij is. Deze vrije Europese markt is ontstaan na de afschaffing van de wettelijke toerbeurtsystemen. Europese regelgeving bepaalt dat tarieven tot stand komen door vrije onderhandelingen tussen marktpartijen. De bodemprijzen die de SP voorstelt zijn niet te verenigen met een vrije binnenvaartmarkt, zoals Europa die voorschrijft. Europese regelgeving geeft wel ruimere mogelijkheden voor samenwerkingsverbanden tot maximaal 500 000 ton. Ik heb vandaag in een gesprek het Crisisberaad op deze mogelijkheid gewezen. Ik ben bereid deze mogelijkheid verder met de branche te verkennen.

Crisisberaad binnenvaart

Het Crisisberaad werkt hard aan een oplegregeling om de gevolgen van de economische crisis voor de binnenvaart zoveel mogelijk te beperken. Het werk van het Crisisberaad is door mij financieel gesteund. Voor het welslagen van het plan is het belangrijk dat alle partijen (w.o. schippers/reders, verladers en banken) bereid zijn daaraan mee te werken. Ook schepen die in de komende periode in de vaart komen moeten in staat worden gesteld deel te nemen aan dit plan. Naast nationaal draagvlak is ook internationaal draagvlak onontbeerlijk voor de uitvoering ervan. Daarom ben ik voornemens dit voorstel, als het is gefinaliseerd, in Brussel voor het voetlicht te brengen. Uiteraard dient het plan verenigbaar te zijn met de mededingingsregels.

Borgstellingskrediet MKB

De regeling Borgstellingskrediet MKB (regeling BMKB) valt onder verantwoordelijkheid van de Minister van Economische Zaken. Alle bedrijven die actief zijn in het midden- en kleinbedrijf kunnen een beroep doen op deze regeling. Ook binnenvaartondernemers kunnen gebruik maken van deze garantieregeling bij hun financiering. In het kader van de crisisaanpak heeft het kabinet de regeling recent aangepast. Het voorstel van de SP om de binnenvaart in het geval van nieuwbouw uit te sluiten van de verstrekking van nieuwe garantiekredieten, zou een sectorspecifieke aanpassing betekenen van deze regeling die niet past in het generieke karakter ervan. Overigens rijst de vraag of een dergelijke aanpassing van de regeling BMKB iets toevoegt. Het is namelijk, gelet op het huidige overschot aan transportcapaciteit, niet te verwachten dat ondernemers zullen besluiten om nieuwe transportcapaciteit aan de markt toe te voegen.

Stimulering van de binnenvaart

Ten aanzien van de laatste drie beleidsaanbevelingen van de SP ter algemene ondersteuning van de binnenvaart, constateer ik dat deze geheel in overeenstemming zijn met mijn beleid. Ik zet mij, samen met alle betrokkenen, volop in om de toekomst van de binnenvaart veilig te stellen. Ik noem u de extra investeringsimpuls in het kader van vaarwegen en binnenhavens uit het crisisakkoord, mijn initiatieven in de CCR ter versoepeling van de overgangsbepalingen, de ondersteuning van het Crisisberaad en uiteraard mijn voornemen om de Europese Commissie te verzoeken de crisis in de binnenvaart vast te stellen.

Hiermee heeft Nederland in Europa het voortouw genomen om de binnenvaartsector te steunen in deze moeilijke tijd, opdat de branche deze crisis spoedig het hoofd weet te bieden.

De staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J. C. Huizinga-Heringa

Naar boven