32 123 X
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2010

nr. 39
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 20 november 2009

De vaste commissies voor Defensie¹ en voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken² heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Defensie over de brief van 18 september 2009 inzake het jaarverslag en twee andere beleidsdocumenten inzake Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba (Kamerstuk 32 123 X, nr. 7).

De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 20 november 2009. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie voor Defensie,

Van Miltenburg

De voorzitter van de commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken,

Van Beek

De griffier van de commissie voor Defensie,

De Lange

1 t/m 3

Op welke termijn verwacht u een beslissing te kunnen maken over de uitbreiding van het walradarsysteem naar de Bovenwindse eilanden?

Op welke wijze zal de financieel economische situatie in Nederland een rol spelen bij het besluit om het walradarsysteem al dan niet uit te breiden naar de Bovenwindse eilanden?

Deelt u de mening dat besluiten over de uitbreiding van het walradarsysteem naar de Bovenwindse eilanden en daarmee over de aanpak van het ernstige probleem van drugsmokkel op de Nederlandse Antillen niet primair gebaseerd zouden mogen zijn op de financieel economische situatie in Nederland?

In het Lange Termijn Plan van de Kustwacht is opgenomen dat de Kustwacht een nieuwe haalbaarheidsstudie uitvoert naar de plaatsing van een permanent walradarsysteem op de Bovenwindse eilanden van de Nederlandse Antillen. Deze studie wordt in 2010 uitgevoerd. Daarna zal, op basis van een door de beheerder aan te reiken advies, politieke besluitvorming plaatsvinden in de Rijksministerraad. Totstandkoming van dit advies vindt plaats nadat de studie is vastgesteld, naar verwachting eind 2010. In het advies van de beheerder zal rekening moeten worden gehouden met alle aspecten van dit vraagstuk, waaronder de financiële kaders en randvoorwaarden, alsmede de mogelijkheden tot meer (operationele) samenwerking met Frankrijk.

4

Kan een overzicht gegeven worden van de «stevige operationele successen» die de Kustwacht het afgelopen jaar geboekt heeft?

Het betreft de (drugs)vangsten door de Kustwacht, gerealiseerd in samenwerking met de partnerdiensten. Het overzicht is op pagina 6 van het Jaarverslag over 2008 opgenomen.

5

In welke mate verwacht u dat er vanuit de Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES)-eilanden op een grotere inspanning van de Kustwacht gerekend zal worden als gevolg van de herschikking van de staatkundige verhoudingen?

Het takenpakket en het verantwoordelijkheidsgebied van de Kustwacht veranderen niet door de herschikking. De Kustwacht blijft ook de komende jaren haar inspanningen leveren voor alle zes eilandgebieden. In het Lange Termijn Plan van de Kustwacht is rekening gehouden met de mogelijkheid dat ten behoeve van de BES eilanden op termijn de aanwezigheid van de Kustwacht wordt versterkt, bijvoorbeeld in de vorm van een dependance op Bonaire en meer patrouillegang ten behoeve van de bescherming van de Saba bank.

6

Is inderdaad 80% van de capaciteit ingezet voor de uitvoering van de primaire taak? (bestrijding drugssmokkel, mensensmokkel en illegale immigratie)

Het Justitieel beleidsplan schrijft voor dat 80% van de capaciteit van de Kustwacht wordt ingezet voor de primaire taak. In de praktijk worden patrouilles van de Kustwacht, met uitzondering van de inzet voor SAR situaties, uitgevoerd ten behoeve van de primaire taak.

7 en 8

Is er bij opsporing drugs en wapens ook sprake van bijvangst in de zin van geld?

Als dat het geval is, wat voor bedragen betrof het in 2008 en wat is er met het geld gebeurd?

De Kustwacht heeft in 2008 geen bijvangsten in de zin van geld aangetroffen.

9

Komt het lagere aantal onderschepte illegalen overeen met andere gegevens over illegalen? (politiegegevens, IND-gegevens etc.).

De Kustwacht maakt onderdeel uit van de justitiële keten en is in die hoedanigheid één van de diensten voor het onderscheppen van illegale immigranten. Het lagere aantal illegalen in het maritieme domein komt overeen met de waarnemingen van partnerdiensten.

10

Maakt de Kustwacht, net zoals de collega’s in Nederland, gebruik van het digitale C2000 systeem voor de dienstverlening in het kader van Nood-, spoed- en veiligheidsverkeer? Zo nee, waarom niet? Wordt er een ander systeem gebruikt of is het systeem analoog? Wat zullen de kosten zijn als wordt besloten tot invoering C2000? Zijn de problemen met C2000 in Nederland reden om pas te investeren in de opvolger van C2000?

Voor het onderlinge communicatieverkeer tussen rechtshandhavings- en hulpdiensten op de eilanden wordt geen gebruik gemaakt van het C2000 systeem, maar van een vergelijkbaar lokaal systeem, namelijk het digitale ChuChubi netwerk van Zenitel. De Kustwacht is op dit systeem aangesloten. Het systeem werkt naar tevredenheid. Daarom wordt een invoering van het C2000 systeem niet overwogen.

Voor het nood-, spoed- en veiligheidsverkeer op zee wordt gebruik gemaakt van de internationaal vastgestelde maritieme noodfrequenties en systemen.

11

Hoe kan het dat geplande vaardagen slechts voor 87% zijn gerealiseerd? Is er sprake van inhaaldagen als de geplande dagen niet worden gehaald?

Door technische problemen met de voortstuwing als gevolg van het intensieve gebruik van de Cutters was het noodzakelijk om meer correctief en langer preventief onderhoud uit te voeren. Gemiste vaardagen worden in beginsel ingehaald, mits dit past binnen de planning en binnen de werk- en rusttijdenregeling voor de bemanning.

12

Hoe kan het dat contractuele vernieuwing leidt tot stilstand van de helikopter voor een periode van twee maanden?

Het vernieuwen van het contract met de leverancier heeft meer tijd gevergd dan was voorzien. Hierdoor ontstond de situatie dat de bestaande contracttermijn al was verlopen, maar het nieuwe contract nog niet was getekend.

13

Welke trends blijken uit overleggen in het kader van nationale samenwerking?

Hebben die trends en/of conclusies daaruit nog gevolgen voor het beleid van de Kustwacht?

Het periodieke overleg in het kader van nationale samenwerking met alle opsporingsdiensten, zoals beschreven op blz. 14 van het Jaarverslag over 2008, is geen beleidsmatig overleg, maar is juist gericht op informatie-uitwisseling tussen de betrokken diensten over operationele zaken en (lopende) onderzoeken.

14

Hoe kan er sprake zijn van mismatch bij de formatieplaatsen?

De Kustwacht heeft in de afgelopen jaren een snelle groei doorgemaakt. Het aanstellen van voldoende gekwalificeerd en ervaren personeel op de juiste formatieplaatsen is hierbij achtergebleven. Sinds 2008 is de Kustwacht deze achterstand aan het terugdringen.

15

Hoe verhoudt de vervanging van het materieel van de Kustwacht zich met de doelstelling om 20% van het materieelbudget te gebruiken voor vervanging?

Deze kabinetsperiode zal een investeringspercentage van gemiddeld 20 procent worden gehaald. Dit is een defensiedoelstelling. De Kustwacht is een samenwerkingsverband tussen de drie landen van het Koninkrijk, in de vorm van een civiele organisatie. Hierop is de defensiedoelstelling niet van toepassing.

16

Heeft invoering van nieuwe ICT-systemen naast extra tijdsbeslag nog financiële tegenslag gekend t.o.v. de begroting/planning?

De Kustwacht heeft geen financiële tegenslagen ondervonden als gevolg van de invoering van nieuwe ICT-systemen.

---

1 Samenstelling:

Leden: van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Poppe (SP), Ferrier (CDA), Van Velzen (SP), Haverkamp (CDA), Blom (PvdA), ondervoorzitter, Eijsink (PvdA), Van Miltenburg (VVD), voorzitter, Van Dam (PvdA), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Griffith (VVD), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Algra (CDA), Irrgang (SP), Knops (CDA), Willemse-van der Ploeg (CDA), Jacobi (PvdA), Brinkman (PVV), Voordewind (CU), Pechtold (D66), Ten Broeke (VVD), Thieme (PvdD), Peters (GL) en Vacature (VVD).

Plv. leden: Lempens (SP), Van der Vlies (SGP), Polderman (SP), Ormel (CDA), De Wit (SP), Çörüz (CDA), Roefs (PvdA), Wolbert (PvdA), Van Beek (VVD), Smeets (PvdA), Arib (PvdA), Blok (VVD), Omtzigt (CDA), Uitslag (CDA), Roemer (SP), Jonker (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Samsom (PvdA), Wilders (PVV), Wiegman-van Meppelen Scheppink (CU), Van der Ham (D66), Teeven (VVD), Ouwehand (PvdD), Vendrik (GL) en Nicolaï (VVD).

2 Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), voorzitter, Van Gent (GL), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Blok (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Remkes (VVD), Van Bochove (CDA), Van Velzen (SP), Sterk (CDA), Leerdam (PvdA), ondervoorzitter, Van Hijum (CDA), Griffith (VVD), Boelhouwer (PvdA), Schinkelshoek (CDA), Ortega-Martijn (CU), Brinkman (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Gill’ard (PvdA), Lempens (SP), Ouwehand (PvdD), Kuiken (PvdA), Van Toorenburg (CDA) en de Rouwe (CDA).

Plv. leden: Ten Broeke (VVD), Halsema (GL), Van Leeuwen (SP), Van der Vlies (SGP), Zijlstra (VVD), Wolbert (PvdA), Weekers (VVD), De Nerée tot Babberich (CDA), Poppe (SP), Vacature (CDA), Blom (PvdA), Vacature (CDA), Van Miltenburg (VVD), Spekman (PvdA), Vacature (CDA), Voordewind (CU), Graus (PVV), Koşer Kaya (D66), Vacature (SP), Bouchibti (PvdA), Van Dijk (SP), Thieme (PvdD), Kalma (PvdA), Van Vroonhoven-Kok (CDA) en Vacature (CDA).