32 043 Toekomst pensioenstelsel

35 300 Nota over de toestand van 's Rijks financiën

V1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 december 2019

Tijdens de Algemeen Financiële Beschouwingen op 19 november jl. heeft de heer Van Rooijen een motie ingediend voor het instellen van een commissie van deskundigen. Deze motie is op 3 dec jl. gewijzigd. Via deze brief reageer ik op de gewijzigde motie.

Op de eerder ingediende motie van de heer Van Rooijen heb ik reeds gereageerd via mijn brief op 3 december jl.. In deze brief heb ik onder meer aangegeven dat ik samen met sociale partners, uitvoerders, toezichthouders en andere deskundigen op dit moment bezig ben met de uitwerking van het pensioenakkoord. Hierbij staan de doelen zoals afgesproken in het pensioenakkoord centraal, waaronder de doelstelling om in het nieuwe stelsel gerealiseerde rendementen sneller om te zetten in indexatie. Daarbij hebben we ook oog voor intergenerationele solidariteit. Voor een goede, gedegen en voortvarende uitwerking van het nieuwe stelsel is rust en ruimte nodig. Daarom het verzoek deze motie nu aan te houden in afwachting van deze uitwerking.

Op het gebied van pensioen zijn er diverse onderwerpen die in de belangstelling staan, waaronder de onderwerpen die in het kader van het pensioenakkoord moeten worden uitgewerkt. Ik zal uw Kamer over de voortgang blijven informeren. Ik ben graag bereid om uw Kamer bij te praten over de voortgang in het eerste kwartaal van 2020.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees


X Noot
1

Letter V heeft alleen betrekking op 32 043.

Naar boven