32 022 Wijziging van de Drank- en Horecawet met het oog op de terugdringing van het alcoholgebruik onder met name jongeren, de voorkoming van alcoholgerelateerde verstoring van de openbare orde, alsmede ter reductie van de administratieve lasten

Nr. 35 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 8 april 2010

In het voorstel van wet worden de volgende wijzigingen aangebracht:

A

In artikel I, onderdeel R, wordt artikel 25d als volgt gewijzigd:

In het eerste lid, onderdeel a, wordt «in de betreffende horecalokaliteit» vervangen door: in de betreffende horecalokaliteit of op het betreffende terras.

B

In artikel I, onderdeel S, wordt artikel 26, tweede lid, vervangen door:

2. De gemeenteraad kan bij verordening een formulier vaststellen met aanvullende vragen, voor zover hij gebruik maakt van zijn bevoegdheid om:

  • a. in een verordening op grond van artikel 4 rekening te houden met de aard van de paracommerciële rechtspersoon;

  • b. aan een vergunning voorschriften of beperkingen te verbinden op grond van artikel 25a;

  • c. in een verordening op grond van artikel 25b rekening te houden met de aard van de horecalokaliteiten of terrassen.

3. Bij regeling van Onze Minister kunnen ten aanzien van het formulier, bedoeld in het tweede lid, nadere regels worden gesteld.

C

Artikel III wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na «artikel 4» ingevoegd: van de Drank- en Horecawet.

2. In het eerste en tweede lid wordt «onderdeel c» telkenmale: onderdeel C.

3. Het vierde lid van dit artikel komt te luiden:

4. De burgemeester verstrekt de paracommerciële rechtspersoon zo nodig een gewijzigde vergunning, waarin de voorschriften en beperkingen die voor hem voortvloeien uit de in het eerste lid bedoelde verordening zijn opgenomen.

Toelichting

Mede namens mijn ambtgenoten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en voor Jeugd en Gezin stel ik voor de volgende wijzigingen aan te brengen in het voorstel tot wijziging van de Drank- en Horecawet.

A

Het wetsvoorstel geeft gemeenten de bevoegdheid exorbitante prijsacties in de horeca te verbieden (artikel 25d, eerste lid, van de Drank- en Horecawet). In het betreffende artikel is abusievelijk niet opgenomen dat een dergelijke verordening ook betrekking heeft op de prijs van alcoholhoudende dranken die op terrassen worden geconsumeerd. Daarom wordt voorgesteld de woorden «op het betreffende terras» toe te voegen.

B

Deze wijziging herformuleert de gemeentelijke bevoegdheid aanvullende vragen te stellen bij de vergunningaanvraag. Voorgesteld wordt de gemeente ook toe te staan vragen te stellen over de aard van de paracommerciële rechtspersoon of de aard van de horecalokaliteit of het terras. Anders is immers gedifferentieerde regulering naar aard van de paracommerciële rechtspersoon of naar aard van de horecalokaliteit of het terras niet mogelijk.

C

In de overgangsbepaling die nodig is als gevolg van het nieuwe artikel 4 van de Drank- en Horecawet zijn enige wijzigingen van redactionele aard noodzakelijk. Verder wordt bepaald dat de gemeente niet op verzoek van de paracommerciële rechtspersoon een gewijzigde vergunning zendt, maar indien dat nodig is.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

A. Klink

Naar boven