32 011 Tabaksbeleid

Nr. 88 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 juni 2021

In het najaar van 2020 heeft de NVWA onderzoek gedaan naar onrechtmatige vergoedingen van tabaksfabrikanten aan tankstations. De aanleiding voor dit onderzoek waren de geconstateerde overtredingen bij het onderzoek naar verkoopbonussen en -vergoedingen bij tabaksspeciaalzaken1 en supermarkten2.

Met de nu voorliggende brief en de bijgevoegde factsheet van de NVWA3 informeer ik u over het soortgelijk onderzoek bij tankstations. Verder informeer ik u over de sluiting van de rookruimtes in de (semi-)publieke sector en een gedoogconstructie voor een specifieke groep patiënten.

Gedoogconstructie sluiting rookruimtes

Per 1 juli sluiten de rookruimtes in de (semi-)publieke sector. Eind 2020 is de wetgeving hiervoor in consultatie gegaan. Zoals vermeld in de nota van toelichting van deze wetgeving heeft ActiZ in de consultatie aangegeven dat het sluiten van de rookruimtes voor specifieke groepen bewoners met een bepaald ziektebeeld problemen kan opleveren4. Uit gesprekken met ActiZ naar aanleiding van de consultatie is gebleken dat er meer tijd nodig is om oplossingen te vinden voor patiënten in de langdurige zorg met het syndroom van Korsakov, de ziekte van Huntington, niet-aangeboren hersenletsel (NAH) en patiënten op afdelingen geronto-psychiatrie. Voor deze groepen is het zonder toezicht op de eigen kamer roken niet verantwoord.

Omdat ik onderschrijf dat zorginstellingen die deze specifieke groepen bewoners huisvesten meer tijd nodig hebben met het sluiten van de rookruimtes ben ik in gesprek gegaan met de NVWA. De NVWA heeft mij laten weten bereid te zijn tot 1 juli 2023 niet te handhaven op de sluiting van de rookruimtes op locaties dan wel afdelingen die deze specifieke groep patiënten huisvesten.

De voorwaarden voor deze gedoogconstructie5 worden aan ActiZ medegedeeld.

Verkoopbonussen tankstations

De NVWA heeft onderzoek gedaan bij 6 exploitanten van winkels van tankstation formules die verantwoordelijk zijn voor de verkoop van tabak en aanverwante producten in de winkels. Als startpunt van het onderzoek heeft een inspecteur van elke exploitant een winkel bezocht. Daarna is bij de hoofdkantoren van de exploitanten van de winkels administratief onderzoek verricht.

Allen bleken samenwerkingsovereenkomsten met fabrikanten (direct of indirect) te hebben, waarin afspraken zijn vastgelegd over vergoedingen voor de verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten. In totaal zijn er 43 samenwerkingsovereenkomsten en/of afspraken aangetroffen met onrechtmatige vergoedingen, met 9 verschillende fabrikanten van tabaksproducten en aanverwante producten. Het aantal overeenkomsten dat direct met fabrikanten is afgesloten varieerde van 8 tot 9 en via de groothandel varieerde dit van 4 tot 5.

Alle samenwerkingsovereenkomsten van tabaksfabrikanten, over vergoedingen die tot doel hebben de verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten te bevorderen, zijn in strijd met het reclameverbod uit de Tabaks- en rookwarenwet. Hieronder vallen niet alleen verkoopbonussen, maar ook schapvergoedingen zoals vergoedingen voor opname in het schap, schapindeling, zichtbaarheid en beschikbaarheid van de producten.

De aangetroffen vergoedingen werden verstrekt voor vergelijkbare activiteiten als bij supermarkten en tabaksspeciaalzaken waaronder opname van producten in het schap, behaalde verkoopresultaten (verkoopbonus), exclusiviteit in het schap, levering van verkoop- of registratiedata en het trainen van personeel.

In de samenwerkingsovereenkomsten die bij de hoofdkantoren zijn aangetroffen variëren de vergoedingen per overeenkomst van 6.000,– tot circa 665.000,– euro per jaar. Bij ruim de helft van de overeenkomsten ligt dit bedrag boven de 100.000,– euro. Bij iets minder dan 1/3 van de 43 overeenkomsten was sprake van een vergoeding van meer dan 200.000,– euro waarbij het in bijna 40% van de gevallen ging om een bedrag van 300.000,– euro of meer. Er zijn 43 rapporten van bevindingen opgemaakt en er zullen herinspecties plaatsvinden.

Ik vind het onacceptabel dat naast speciaalzaken en supermarkten tevens alle onderzochte verkopers van tabak bij tankstations vergoedingen blijken te ontvangen van tabaksfabrikanten met als doel de verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten te bevorderen.

Zoals u weet is zowel de Europese als ook onze ambitie een rookvrije generatie. Bonussen om de verkoop van tabak – en dus ongezonde keuzes – te bevorderen staan daarmee op gespannen voet en deze praktijk moet zo snel mogelijk stoppen.

De wetgever heeft met reden strenge eisen, waaronder een strikt en veelomvattend reclameverbod, gesteld aan de verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten. Elk jaar overlijden er namelijk 20.000 mensen aan de gevolgen van roken.

Ik vind het belangrijk dat de NVWA toezicht blijft houden op de verstrekking van onrechtmatige vergoedingen aan verkooppunten. Het toezicht op onrechtmatige vergoedingen blijft een belangrijk aandachtspunt van de NVWA.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis


X Noot
1

Kamerstuk 32 011, nr.75

X Noot
2

Kamerstuk 32 011, nr.80

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
4

Besluit van 14 januari 2021, houdende wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit om de uitzondering op het rookverbod in de vorm van rookruimtes af te schaffen en enkele technische wijzigingen

X Noot
5

1. De aanwezige rookruimtes worden gebruikt in gesloten/semi-gesloten

zorginstellingen, waar slechts patiënten met het syndroom van Korsakov, dan

wel patiënten met de ziekte van Huntington, dan wel patiënten met niet aangeboren hersenletsel (NAH) dan wel gerontopsychiatrische patiënten zijn gehuisvest. Het is tevens mogelijk rookruimtes te gebruiken voor afdelingen waarin uitsluitend deze groepen patiënten zijn gehuisvest.

2. De rookruimtes moeten voldoen aan de regels gesteld aan rookruimtes zoals opgenomen in het artikel 6.2 van het Tabaks- en rookwarenbesluit zoals dat voor 1 juli 2021 geldt.

3. Medewerkers, andere patiënten en bezoekers worden zoveel mogelijk beschermd tegen blootstelling van de rook die voortkomt uit deze rookruimtes en mogen zelf geen gebruik maken van deze rookruimtes. Dit moet duidelijk aangeduid worden bij de rookruimte.

4. Voor de inspecteurs van de NVWA moet op moment van een inspectie gemakkelijk te herleiden zijn waar de patiënten met het syndroom van Korsakov, de ziekte van Huntington, niet-aangeboren hersenletsel (NAH) of gerontopsychiatrische patiënten zijn gehuisvest.

5. De overbruggingsperiode loopt van 1 juli 2021 tot 1 juli 2023. In deze overbruggingsperiode krijgen de zorginstellingen tijd de beweging naar een rookvrije organisatie te maken. Er is uitdrukkelijk geen verlenging mogelijk van deze periode.

Naar boven