32 011 Tabaksbeleid

Nr. 8 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juli 2010

Op 8 juli 2009 heb ik u onder meer het RIVM-briefrapport «Handhaving van een rookvrij binnenmilieu» gestuurd1. Ik heb daarbij gemeld dat het briefrapport belangrijke informatie biedt over omgevingstabaksrook, effectiviteit van rookvoorzieningen met luchtgordijnen, certificering van voorzieningen en zwerfrook en dat het RIVM op dit moment de nodige kanttekeningen plaatst bij het certificeren, toepassen en controleren van open rookvoorzieningen in de praktijk.

Ik heb toen aangekondigd dat de bevindingen van het RIVM voor mij aanleiding waren om hier nogmaals nauwkeurig naar te laten kijken en dat ik daarom een second opinion wilde vragen gericht op de vraag of alternatieve systemen voor een afsluitbare rookruimte in de praktijk als een gelijkwaardig alternatief kunnen dienen: gelijkwaardig zowel qua toepassing, handhaving als gezondheidsbescherming.

In mijn antwoord op vragen van Kamerlid Joldersma2 heb ik gemeld dat ik de Commissie van Toezicht (CvT) van het RIVM heb gevraagd de second opinion te verzorgen. De CvT heeft mij medegedeeld dat zij graag aan mijn verzoek tegemoet komt. Tevens heeft de CvT mij laten weten dat enkele van de nog openstaande vragen waarop ik in het kader van de second opinion antwoord wens, alleen via nieuw onderzoek kunnen worden beantwoord. De CvT heeft mij voorgesteld om dit nieuwe onderzoek gezamenlijk door TNO en RIVM te laten verrichten.

Ik heb vervolgens TNO en RIVM opdracht gegeven dit onderzoek uit te voeren. In mijn brief van 17 februari 20103 heb ik u toegezegd dat ik u deze rapporten nog voor de zomer zou sturen. Deze brief is daartoe bedoeld. Het rapport van de CvT treft u aan in bijlage 14. Bijlage 2 bevat het rapport van TNO en RIVM4.

Na de val van het kabinet heeft uw Kamer het onderwerp «rookvrije horeca» controversieel verklaard. Ik laat het oordeel over bovengenoemde rapportages en het in gang zetten van eventuele vervolgacties op basis daarvan over aan een volgend kabinet in overleg met uw Kamer.

Ik vertrouw er op u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XNoot
1

TK, Vergaderjaar 2008–2009, 32 011, nr. 1.

XNoot
2

TK, Vergaderjaar 2009–2010, Aanhangsel van de Handelingen, 516.

XNoot
3

TK, Vergaderjaar 2009–2010, 32 011, nr. 6.

XNoot
4

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven