31 989
Wijziging van de Wet kinderopvang, de Wet op het onderwijstoezicht, de Wet op het primair onderwijs en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid

nr. 13
AMENDEMENT VAN HET LID LANGKAMP

Ontvangen 12 januari 2010

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel III, onderdeel G, artikel 166, eerste lid, komt als volgt te luiden:

1. Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor dat in een gemeente voldoende voorzieningen in aantal en spreiding zijn, zodat elk kind met een risico op een achterstand in de Nederlandse taal, als bedoeld in artikel 167, eerste lid, deel kan nemen aan voorschoolse educatie die voldoet aan de bij of krachtens de artikelen 1.50b en 2.8 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen vastgestelde bepalingen.

Toelichting

Dit amendement regelt het wettelijk recht op vooren vroegschoolse educatie voor alle kinderen met een taalachterstand in de Nederlandse taal. Een gemeente wordt wettelijk verantwoordelijk gemaakt om een aanbod van voorschoolse educatie te creëren dat aan de kwaliteitseisen voldoet. Maar omdat gemeenten zelf kunnen bepalen wat een doelgroepkind is en hoeveel kinderen zij willen begeleiden, is het helemaal niet gezegd dat alle kinderen met een achterstand in de Nederlandse taal straks ook daadwerkelijk voor- en vroegschoolse educatie aangeboden krijgen. Dit amendement zorgt ervoor dat het recht op voor- en vroegschoolse educatie geregeld wordt in de wet.

Langkamp

Naar boven