31 936 Luchtvaartbeleid

25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 856 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 juni 2021

Bij dezen bied ik u het eindrapport aan van het onderzoek naar besmettingsrisico’s aan boord van vliegtuigen, uitgevoerd door het Koninklijke NLR- Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (hierna: NLR) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (hierna: RIVM)1. De oplevering van het rapport heeft meermaals vertraging gekend, zoals ik uw Kamer ook eerder heb gemeld. Middels deze brief wordt invulling gegeven aan het verzoek van de vaste commissie van IenW die vraagt om de huidige status van het onderzoek2, en de gewijzigde motie van de leden Paternotte en Graus die verzoekt tot het verrichten van onderzoek naar de effecten van filter- en ventilatiesystemen op de besmettingsrisico’s aan boord van vliegtuigen3.

Het NLR en het RIVM hebben in het rapport het risico op ziekte door COVID-19 aan boord van vliegtuigen beoordeeld. Naast een uitgebreide literatuurstudie hebben de onderzoekers aan boord van een Airbus A320, Boeing 737 en Boeing 787 metingen verricht met één index-passagier (gesimuleerde COVID-besmettingsbron). Hiervan zijn simulaties verricht voor verschillende omstandigheden. In deze studie werd overdracht van het virus via direct contact en oppervlakken niet onderzocht. Uit de simulaties en metingen is gebleken dat in de 7 rijen rondom de indexpassagiers het gemiddelde risico op COVID-19 besmetting door inademing van virusdeeltjes in aerosolen relatief laag is en bijvoorbeeld lager dan in ongeventileerde ruimtes van dezelfde afmetingen. Het risico buiten deze 7 rijen is door het NLR en RIVM verder niet beoordeeld, omdat volgens hen kan worden aangenomen dat deze risico’s, gezien de toenemende afstand ten opzichte van de besmette passagier, verwaarloosbaar zijn. Wel zijn er twee rijen verder (vóór de onderzochte zeven-rij cabinesectie) onderzocht om onder meer het effect van HEPA-filters te duiden. Bij deze metingen werden slechts zeer lage volumes virusdeeltjes aangetroffen.

Ondanks het relatief lage risico, wordt in het rapport aanbevolen dat de bestaande mitigerende maatregelen, mede op basis van het RIVM-advies van begin juni 2020,4 worden voortgezet. Verder wordt in het rapport het belang benadrukt van het dragen van niet-medische mondneusmaskers, in het bijzonder bij lange-afstandsvluchten.

Naast de maatregelen zoals de gezondheidsverklaring en de hygiënemaatregelen waarover ik uw Kamer begin juni 2020 heb geïnformeerd5, geldt voor reizigers uit hoogrisicogebieden een negatieve NAAT(PCR)-testverplichting van maximaal 72 uur voor aankomst. Daarnaast geldt voor reizigers uit zeerhoogrisicogebieden een verplichte quarantaine en waar zorgelijke varianten van het virus veel voorkomen, een aanvullende negatieve antigeensneltestverplichting van maximaal 24 uur voor het boarden. Zonder een negatieve testuitslag(en) mogen passagiers niet worden toegelaten aan boord van vliegtuigen. Daarnaast blijven ook de overige maatregelen, gericht op het minimaliseren van de import en verspreiding van het virus, zoals het EU-inreisverbod, onverkort van kracht.

Het kabinet acht de aanbevelingen van dit rapport in lijn met de huidige maatregelen voor vliegreizigers en ziet naar aanleiding van dit rapport geen aanleiding tot aanpassing hiervan. De maatregelen zijn ingesteld op basis van de adviezen van het RIVM en/of het OMT in het licht van de epidemiologische situatie van het afgelopen jaar. Het kabinet blijft de noodzakelijkheid van de maatregelen heroverwegen. Indien gewenst kan het kabinet het RIVM en/of het OMT te allen tijde om advies vragen over een mogelijke herziening van de maatregelen voor de luchtvaart.

Gezien de interesse van uw Kamer in dit onderzoek, kan het kabinet zich voorstellen dat uw Kamer een technische briefing zinvol acht. De onderzoekers zijn bereid om, als uw Kamer hierom verzoekt, een toelichting te geven op dit onderzoek.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstukken 31 936 en 25 295, nr. 844

X Noot
3

Kamerstuk 31 936, nr. 788

X Noot
4

Overwegingen veiligheid t.a.v. COVID-19 aan boord van een vliegtuig, RIVM, Kamerstuk 31 936 Nr. 788

X Noot
5

Kamerstuk 31 936, nr. 788

Naar boven