31 936 Luchtvaartbeleid

Nr. 843 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 februari 2021

Conform mijn brief van 30 januari 20201 ontvangt u de Handhavingsrapportages 2020 van Rotterdam The Hague Airport (RTHA) en Maastricht Aachen Airport (MAA)2. In deze brief wordt kort de kern van de bevindingen voor RTHA en MAA weergegeven. Daarnaast vindt u in deze brief een overzicht van de bevindingen voor Lelystad Airport (LA). De handhavingsrapportage voor Groningen Airport Eelde wordt niet bij deze brief aangeboden, omdat dit een andere gebruiksperiode betreft (van april tot april).

Gebruiksjaar 2020

Wettelijk is bepaald dat elk jaar door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) een verslag moet worden uitgebracht over de naleving van de milieuregels en de geluidsnormen door de exploitant en de gebruikers van luchthavens van nationale betekenis (alternatief: regionale luchthavens) over de periode van een gebruiksjaar. Voor LA, RTHA en MAA geldt als gebruiksjaar, de periode van 1 november tot en met 31 oktober van het daaropvolgende jaar. De ILT stelt vervolgens een handhavingsrapportage op waarin de resultaten van het toezicht staan.

Lelystad Airport

Omdat LA nog niet open is gesteld voor commercieel verkeer volstaat een overzicht van de bevindingen in alleen deze brief, waarmee verslag wordt gedaan over het gebruiksjaar 2020. De belangrijkste bevindingen en acties van de inspectie over het gebruiksjaar 2020 zijn:

  • Uit de «berekeningsrapportage geluid» over het gebruiksjaar 2020 van Lelystad Airport blijkt of de luchthaven zich in het gebruiksjaar 2020 aan de geluidsnormen en regels voor de nacht (artikel 3 en 4 van het Luchthavenbesluit Lelystad) heeft gehouden.

  • Bij de beoordeling van deze rapportage heeft de ILT controles uitgevoerd op de vluchten die tussen 23:00 uur en 07:00 zijn uitgevoerd. Het gaat in totaal om 5 vluchten van de traumaheli.

  • De ILT heeft geconstateerd dat Lelystad Airport zich aan de regels voor de nacht heeft gehouden.

  • Verder blijkt uit de «berekeningsrapportage geluid» dat de geluidsbelasting in de enige voor Lelystad Airport geldende handhavingspunten 05 en 23 aanmerkelijk minder is dan in het gebruiksjaar 2019. Dit is voornamelijk het gevolg van het sterk afgenomen aantal vluchten groot verkeer vanaf maart 2020 in verband met de coronamaatregelen.

  • Op basis van de ontvangen «berekeningsrapportage geluid» stelt de ILT vast dat de geluidsnormen in het gebruiksjaar 2020 niet overschreden zijn.

Rotterdam The Hague Airport

De kern van de bevindingen en acties van de inspectie over het gebruiksjaar 2020 zijn:

  • De ILT heeft geconstateerd dat de geluidsnormen in het gebruiksjaar 2020 niet zijn overschreden.

  • Er zijn 809 nachtvluchten op de luchthaven uitgevoerd. Dat zijn er 409 minder dan in het gebruiksjaar 2019. Van de 809 nachtvluchten hadden 582 vluchten betrekking op spoedeisend maatschappelijk verkeer. Van de 809 nachtvluchten heeft de ILT er 8 onderzocht. Uit dit onderzoek blijkt dat er geen overtredingen zijn geweest.

  • De ILT heeft geen klachten over les- en oefenvluchten ontvangen.

  • Er zijn 140 militaire vluchten op de luchthaven geweest, waarvan 9 in de nacht.

  • De ILT heeft 71 afwijkingen van vertrekroutes onderzocht. In alle onderzochte gevallen waren de routeafwijkingen het gevolg van instructies van de luchtverkeersleiding voor een veilige vluchtuitvoering.

Maastricht Aachen Airport

De kern van de bevindingen en acties van de inspectie over het gebruiksjaar 2020 zijn:

  • De ILT heeft geconstateerd dat de geluidsnormen in het gebruiksjaar 2020 niet zijn overschreden.

  • De ILT heeft bij controle van de vliegtuigbewegingen na 23:00 uur geen onrechtmatigheden geconstateerd.

  • Toezicht op circuitvluchten is in dit gebruiksjaar niet uitgevoerd. Reden hiervoor is het feit dat de ILT een aantal jaren geen onrechtmatigheden aantreft bij het toezicht op ongeoorloofde circuitvluchten en dat er geen klachten over zijn. Hierdoor is de prioriteit op dit toezicht laag.

  • De ILT onderzocht 14 vluchten die van de vertrekroutes afweken. Deze vluchten weken slechts marginaal af van de vertrekroute, of ze weken af door aanvullende instructies van de luchtverkeersleiding of door meteorologische omstandigheden. Er was voor de ILT geen noodzaak om te handhaven.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Kamerstuk 31 936, nr. 716

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven