31 936 Luchtvaartbeleid

Nr. 797 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juli 2020

Op 3 april 2019 heb ik aan uw Kamer toegezegd dat ik zal nagaan of een geavanceerde mobiele 3D vogelradar toegevoegde waarde zou kunnen hebben voor de vogelmonitoring voor Lelystad Airport1. Op 17 april 2019 heb ik in antwoorden op schriftelijke vragen van de vaste Kamercommissie voor Infrastructuur en Waterstaat aangekondigd dat de verdere vogelmonitoring bij Lelystad Airport in vervolg op de uitgevoerde nulmeting zal worden bepaald2. Hierbij zend ik u twee recent opgeleverde onderzoeken die deze toezeggingen gestand doen3. Het onderzoeksbureau Arcadis heeft een voorstel uitgewerkt voor de monitoring van vogels. De Adviesgroep Vogeltoets (AGV) heeft het onderzoek uitgevoerd naar de toegevoegde waarde van een vogelradar. Via deze brief informeer ik u over de uitkomsten van deze twee onderzoeken en het vervolgproces.

Belangrijkste uitkomsten

Voor wat betreft de beoordeling van het risico op vogelaanvaringen zijn de uitkomsten van de twee onderzoeken in lijn met de eerdere onderzoeken die zijn uitgevoerd in het kader van het MER en aanvullend onderzoek daarop4. Hieruit is naar voren gekomen dat het risico op aanvaringen met vogels in de omgeving van Lelystad Airport beheersbaar is, mits de vogelbewegingen goed worden gemonitord door de ontwikkeling van vogelbewegingen gedurende meerdere jaren te onderzoeken. De twee onderzoeken die nu voorliggen richten zich op de uitwerking van het vogelmonitoringsprogramma.

In beide onderzoeken komt naar voren dat zorgvuldige en gedegen monitoring van belang is en dat dit aandacht vraagt van de verantwoordelijke partijen. Vanwege de ligging in de buurt van vogelrijke gebieden wordt geadviseerd om trends (veranderingen in gedrag van vogels) binnen een kalenderjaar en tussen kalenderjaren te volgen. Dit om eventuele veranderingen in vogelbewegingen tijdig in beeld te krijgen, niet omdat het onderzoek vindt dat er een verhoogd risico is. Voor het dagelijks gebruik op de luchthaven is een 3D-radar nog niet geschikt, omdat de betrouwbaarheid van de radar hiervoor moet worden vergroot. De radar is wel geschikt voor monitoring van trends. Zowel Arcadis als AGV staan een realistische uitwerking voor: Arcadis adviseert om de eerste jaren intensief te monitoren, waarna mogelijk kan worden afgebouwd. AGV adviseert een paar jaar een pilot te doen met een 3D-vogelradar.

Vervolgproces

Beide onderzoeken zijn besproken met Lelystad Airport, provincie Flevoland en gemeente Lelystad en partijen onderschrijven dat de monitoring serieus moet worden opgepakt. De luchthaven heeft de voorbereiding van deze monitoring reeds vanuit hun verantwoordelijkheid in gang gezet en stelt in lijn met de adviezen in deze rapporten (onder andere ten aanzien van de te hanteren tellingen) een monitoringsprogramma op waar ook een pilot met 3D-vogelradar onderdeel van kan zijn.

Daarnaast wordt er een regiegroep opgericht onder voorzitterschap van de Luchthaven Lelystad met daarin vertegenwoordigers van de provincie Flevoland, gemeente Lelystad en het Ministerie van IenW om de resultaten van de monitoring periodiek te bespreken en indien nodig, te bespreken welke maatregelen moeten worden ingezet. De voortgang van de monitoring zal eveneens op gezette tijden in de commissie regionaal overleg luchthaven Lelystad (CROLL) worden besproken. De uitkomsten van het vogelmonitoringprogramma worden ook gerapporteerd in het integrale monitoring- en evaluatieprogramma Lelystad Airport. Over de resultaten van dit programma zal ik uw Kamer informeren.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Kamerstuk 29 665, nr. 359

X Noot
2

Kamerstuk 31 936, nr. 588

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
4

Kamerstuk 31 936, nr. 632

Naar boven