31 936 Luchtvaartbeleid

Nr. 367 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 november 2016

In mijn brief aan uw Kamer van 17 november jl. over de voortgang in de uitvoering van de Luchtruimvisie1 heb ik u geïnformeerd over de op dat moment bekende stand van zaken met betrekking tot de uitbreiding van Lelystad Airport, uitgaande van de diverse malen met uw Kamer gedeelde gefaseerde groei van de luchthaven naar 25.000 vliegbewegingen in 2033 en maximaal 45.000 bewegingen in 2043. Ik heb uw Kamer toen aangegeven dat een robuuste en veilige aansluiting van de vertrek- en naderingsroutes op het hogere luchtruim een ingewikkelde opgave is, en dat de Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) en het Commando Luchtstrijdkrachten (CLSK) op dit moment met maximale inzet aan de realisering hiervan werken.

Eerder heb ik uw Kamer ook gemeld dat de beperkte beschikbaarheid van verkeersleiders, waarmee LVNL in 2015 en de eerste helft van 2016 te maken had, mogelijk ook impact zou hebben op de voortgang met betrekking tot de inrichting van de luchtverkeersleiding Lelystad.2 Het besluit van het kabinet in dit voorjaar om luchtverkeersleiders buiten de reikwijdte van de Wet normering topinkomens (Wnt-3) te houden, en het vervolgens bereiken van een CAO akkoord voor 2016, hebben er voor gezorgd dat vanaf de zomer weer een voldoende beschikbaarheid van operationele expertise kon worden gegarandeerd.

Sinds de zomer hebben LVNL en CLSK gezamenlijk met man en macht gewerkt om de eerder opgelopen achterstand zo veel mogelijk in te lopen, en daarmee zicht te blijven houden op de gewenste datum van openstelling van Lelystad Airport voor groot commercieel verkeer. Volgens de diverse malen met uw Kamer gedeelde gefaseerde groei van de luchthaven is de planning tot op heden geweest dat Lelystad Airport per 1 april 2018 zou openen en in dat jaar het beperkte aantal van 2.000 vliegbewegingen zal afwikkelen. Vervolgens is, volgens de planning van de Schiphol Group, een oplopende afwikkeling met 2.000 per jaar tot 10.000 in het vijfde jaar voorzien waarmee Lelystad Airport meegroeit met de marktvraag.

In mijn brief van 17 november jl. heb ik aangegeven dat de inspanningen nog steeds op het halen van de openingsdatum van 1 april 2018 gericht waren. Afgelopen week heeft de CEO van LVNL mij echter bericht, dat hij op grond van de laatste voortgangsinformatie tot de conclusie is moeten komen dat de eerder opgelopen achterstand te groot is. En dat daarom een tijdige aansluiting van Lelystad op de routes in het hogere luchtruim niet gehaald gaat worden en, mede rekening houdend met de gebruikelijke seizoensplanning in de luchtvaart, uitstel van ingebruikname van Lelystad Airport met een jaar in de rede ligt. Echter heeft hij aangegeven de maand december te gebruiken om tot een nieuwe, robuuste planning te komen.

De voorbije maanden is gebleken dat het ontwerpen en vervolgens realiseren van een robuuste aansluiting van de in het Luchthavenbesluit vastgelegde vertrek- en naderingsroutes op de routes in het hogere luchtruim een nog taaiere opgave is dan gedacht. De ligging van Lelystad te midden van steeds drukker bevlogen luchtruim en de directe nabijheid van Schiphol met zijn vertrek- en naderingsroutes en benodigde manoeuvreerruimte, maken de aansluiting van Lelystad op het hogere luchtruim tot een complexe ontwerpopgave. Uitgangspunt daarbij is steeds geweest dat de voor Lelystad gekozen routes zo min mogelijk gevolgen mogen hebben voor het verkeer van en naar Schiphol, en dat het omliggende militaire luchtruim zo veel mogelijk gevrijwaard blijft. Afronden van deze ontwerpopgave vraagt nog tenminste enkele maanden. Vervolgens dienen de ontworpen aansluitingen door middel van praktijksimulaties beproefd te worden en de safety case opgesteld te worden. De finale goedkeuring van de routes en de aansluitingen vindt plaats conform de artikel 5.11 procedure van de Wet luchtvaart. Hoeveel tijd met deze stappen gemoeid zal zijn, zal komende maand door LVNL opnieuw in beeld worden gebracht, evenals de impact daarvan op de totale planning. Ik hecht er aan dat een nieuwe planning daadwerkelijk robuust is en ook tot een stabiele, voldoende toekomstbestendige oplossing leidt, die een in alle omstandigheden veilige operatie garandeert.

Nu een latere openstelling van Lelystad onvermijdelijk lijkt, zal ik bij LVNL aandringen om in hun nieuwe planning de mogelijkheden te bezien om te komen tot een snellere ingroei van het aantal vliegbewegingen, passend bij de marktvraag op Lelystad en de rol van Lelystad als luchthaven die een deel van het niet mainportgebonden verkeer op Schiphol overneemt. Op deze wijze zouden de gevolgen van een latere openstelling van Lelystad Airport kunnen worden gecompenseerd. Dit uiteraard binnen de mogelijkheden die LVNL en CLSK hebben om tot een veilige afhandeling van het vliegverkeer te komen.

Daarnaast vind ik het van belang om door een externe partij kritisch te laten kijken naar de redenen van deze vertraging, om van daaruit vooruit te kijken en zo veel mogelijk te borgen dat een nieuwe planning wel voldoende robuust is. Ik zal er daarom bij LVNL op aandringen ook de nieuwe planning door deze externe partij te laten toetsen, alsmede een externe toets te laten uitvoeren op de nu voorliggende ontwerpaansluitingen. Ook zal ik LVNL vragen mij aan te geven of er toch geen opties denkbaar zijn om per 1 april 2018 toch het dan verwachte beperkt aantal vliegbewegingen van ca. 2000 per jaar mogelijk te maken, mits uiteraard dit op een veilige manier kan worden uitgevoerd.

Hoewel nog geen nieuwe planning voorligt, vind ik het belangrijk om richting uw Kamer en alle betrokken partijen nu al openheid te bieden over de naar alle waarschijnlijkheid latere oplevering van Lelystad Airport. Ook voor Schiphol Airport, als exploitant van de luchthaven, is dit van belang in verband met het maken van afspraken met luchtvaartmaatschappijen en het sluiten van contracten met aannemers en leveranciers.

Ik wil benadrukken dat deze berichtgeving voor mij geen enkele reden is om te twijfelen aan de wenselijkheid en haalbaarheid van Lelystad Airport. Het concept hiervan staat voor mij volledig overeind. Ik begrijp echter terdege dat deze berichtgeving bij u diverse vragen zal oproepen. Ik streef er daarom naar uw Kamer zo kort mogelijk na het Kerstreces en na ontvangst van de nieuwe planning van LVNL opnieuw te informeren over de laatste stand van zaken en de mogelijke gevolgen van het uitstel.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Brief van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, Kamerstuk 31 936, nr. 363, 17 november 2016

X Noot
2

Brief van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, Kamerstuk 31 936, nr. 322, 17 december 2015

Naar boven