31 935 Beleidsdoorlichting Financiën

Nr. 88 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 september 2024

Hierbij stuur ik u de beantwoording van de vragen die de vaste commissie voor Financiën op 12 september 2024 heeft gesteld over de onderzoeksopzet periodieke rapportage financiering staatsschuld (31 935. nr. 87/2024D32898).

De Minister van Financiën, E. Heinen

Antwoorden van de Minister van Financiën op de vragen die de griffier van de vaste commissie voor Financiën A.H.M. Weeber op 12 september 2024 heeft gesteld over de onderzoeksopzet periodieke rapportage financiering staatsschuld (2024D32898).

Vraag 1

De onderzoeksmethode zal gedurende het onderzoek nog nader worden ingevuld. Wanneer wordt deze definitief vastgesteld en zal deze vervolgens ook met de Kamer worden gedeeld?

Antwoord 1

De onderzoeksmethode zal bij het opstellen van de periodieke rapportage definitief worden vastgesteld. Dit zal naar verwachting in de eerste helft van 2025 plaatsvinden. De definitieve onderzoeksmethode zal worden gedeeld met de Kamer bij de publicatie van het eindrapport van de periodieke rapportage, in het najaar van 2025. Mocht uw Kamer in een eerder stadium separaat geïnformeerd willen worden over de onderzoeksmethode dan zal ik dit uiteraard graag met uw Kamer delen.

Vraag 2

In de onderzoeksopzet wordt nog veel ruimte gelaten voor nadere aanscherping en/of uitbreiding van de vraagstelling. Wanneer wordt deze definitief vastgesteld en zal deze vervolgens ook met de Kamer worden gedeeld?

Antwoord 2

De vraagstelling in het plan van aanpak voor de periodieke rapportage is gebaseerd op de standaardvragen uit de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek 2022 (RPE). De definitieve vraagstelling zal worden gedeeld met de Kamer bij de publicatie van het eindrapport van de periodieke rapportage, in het najaar van 2025. Mocht uw Kamer in een eerder stadium separaat geïnformeerd willen worden over de definitieve vraagstelling dan zal ik dat graag doen.

Vraag 3

Uit de onderzoeksopzet blijkt nog niet of de periodieke rapportage volledig door medewerkers van Financiën of (gedeeltelijk) door extern onderzoek opgesteld zal worden. Wanneer wordt dit definitief bepaald en zal dit vervolgens ook met de Kamer worden gedeeld?

Antwoord 3

De periodieke rapportage zal in ieder geval gedeeltelijk door medewerkers van Financiën worden opgesteld. Dit betreft het onderzoek naar onderzoeksvragen 1 t/m 9, wat voornamelijk een beschrijving van het beleidsterrein betreft. Daarnaast vindt er momenteel een aanbestedingsprocedure plaats voor het inhuren van een extern onderzoeksbureau voor de beantwoording van onderzoeksvragen 10 t/m 15. Deze vragen beoordelen de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid en gaan in op mogelijke maatregelen ter verbetering. De keuze voor een externe partij zal waarschijnlijk begin 2025 plaatsvinden.

Vraag 4

Welke/wat voor soort onafhankelijke externe expert zal worden benaderd om een oordeel te geven over het onderzoek en worden uitgenodigd om zitting te nemen in de begeleidingscommissie?

Antwoord 4

In de begeleidingscommissie van de periodieke rapportage artikel 11 – financiering staatsschuld zal één externe expert zitting nemen. Dit is professor F. de Jong, hoogleraar Finance aan Tilburg University. Hij heeft uitgebreide ervaring op het gebied van financiële markten en verschillende onderzoeken gepubliceerd over staatsschuldfinanciering in de eurozone.

Naar boven