31 935 Beleidsdoorlichting Financiën

Nr. 19 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 mei 2015

Hierbij beantwoord ik de vragen van de vaste commissie voor Financiën naar aanleiding van het plan van aanpak van de beleidsdoorlichting Internationale Financiële Betrekkingen (Kamerstuk 31 935, nr. 15).

Vraag 1

Hoe waarborgt u de objectiviteit in de beleidsdoorlichting, nu u kiest om deze door de directie Buitenlandse Financiële Betrekkingen te laten uitvoeren. De beleidsdoorlichting gaat namelijk vooral over het handelen en de resultaten van de medewerkers van deze directie.

De Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek biedt de gelegenheid om een beleidsdoorlichting in eigen beheer uit te voeren of om het onderzoek uit te besteden. Om de kosten voor de beleidsdoorlichting te beperken en omdat het onderzoek vraagt om specialistische kennis en expertise die vooral bij de directie Buitenlandse Financiële Betrekkingen zelf ligt, heb ik besloten om de beleidsdoorlichting in eigen beheer uit te voeren.

De objectiviteit van de beleidsdoorlichting wordt gewaarborgd door conform de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek een onafhankelijke deskundige te betrekken bij de beleidsdoorlichting. Bij de keuze voor de onafhankelijke deskundige is gelet op objectiviteit, relevante kennis en ervaring op het terrein van Europese en internationale instellingen.

Vraag 2

Wie wordt er als externe onafhankelijke deskundige betrokken bij de beleidsdoorlichting? Dit is met name in samenhang met het vorige punt van belang; de onafhankelijkheid van de externe deskundige moet buiten twijfel staan.

Dhr. Mathieu Segers heeft zich bereid verklaard om als onafhankelijke deskundige betrokken te worden bij de beleidsdoorlichting. De heer Segers is op dit moment assistent-professor Europese Integratie en Internationale Betrekkingen aan de Universiteit van Utrecht en columnist bij het Financieele Dagblad.

De heer Segers voldoet aan de eisen zoals deze zijn gesteld in de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek: de deskundige bezit de inhoudelijke deskundigheid op het te onderzoeken beleid, draagt geen verantwoordelijkheid voor dit beleid en is niet betrokken bij de totstandkoming ervan.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem

Naar boven