31 923
Wijziging van het Legkippenbesluit 2003

A
nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 april 2009

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 15 april 2009.

De wens dat de inwerkingtreding van de maatregel bij de wet wordt geregeld kan door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 15 mei 2009.Hierbij stuur ik u een algemene maatregel van bestuur, houdende wijziging van het Legkippenbesluit 20031 (hierna: het besluit). Met dit besluit wordt uitvoering gegeven aan de motie van de leden Cramer (CU) en Atsma (CDA) (Kamerstuk 31 200 XIV, nr. 120), waarin de regering wordt verzocht om het houden van legkippen in verrijkte kooien te verbieden, en het houden van legkippen in kooien alleen nog toe te staan wanneer dit gebeurt volgens de normen van het Duitse systeem van de «Kleingruppenhaltung».

Het besluit wijzigt het Legkippenbesluit 2003. Op grond van artikel 110, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, moet een wijziging van het Legkippenbesluit 2003 aan beide Kamers der Staten-Generaal worden voorgelegd. Deze brief voorziet hierin.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven