31 910
Buitenlandvergoedingen rijksambtenaren 2002–2008

nr. 9
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 26 oktober 2009

De commissie voor de Rijksuitgaven1 en de vaste commissies voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties2 en voor Buitenlandse Zaken3 hebben over het rapport «Buitenlandvergoedingen rijksambtenaren 2002–2008. Deel B: detacheringen met bezoldiging» van de Algemene Rekenkamer (Kamerstuk 31 910, nrs. 6–7) de navolgende vragen ter beantwoording aan de Algemene Rekenkamer voorgelegd.

De vragen, alsmede het daarop bij brief van 26 oktober 2009 gegeven antwoord, zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,

Aptroot

De voorzitter van de commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Leerdam

De voorzitter van de commissie voor Buitenlandse Zaken,

Ormel

De griffier van de commissie voor de Rijksuitgaven,

Groen

1

Is bij de door de minister van Defensie verstrekte cijfers over detachering van zowel «met» als «zonder» bezoldiging, ook meegenomen de inzet bij internationale organisaties van gepensioneerden militairen (inclusief de categorie «buiten dienst» wegens leeftijdsontslag) en militairen op wachtgeld?

Zo nee, waarom niet?

Nee, uitsluitend militairen in actieve dienst zijn in het onderzoek betrokken. Alleen aan hen kan buitengewoon verlof worden verleend. Binnen het onderzoek werd namelijk de volgende definitie gehanteerd voor een gedetacheerde ambtenaar:

«Een rijksambtenaar, in de zin van artikel 1 van de Ambtenarenwet1, die op basis van artikel 34 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement (ARAR) buitengewoon verlof van lange duur heeft verkregen in het algemeen belang voor het vervullen van een functie bij een internationale (volkenrechterlijke) organisatie. Dit verlof kan zowel met als zonder bezoldiging plaatsvinden.»

2

Kan over de eventuele inzet van gepensioneerde militairen en militairen op wachtgeld alsnog feitelijke informatie worden verschaft, wat betreft de cumulatie van genoten Nederlandse wachtgeld- en/of pensioenuitkering, betaling en onkostenvergoeding door de desbetreffende internationale organisatie en eventuele aanvullende buitenlandvergoedingen vanuit de Nederlandse overheid?

De Algemene Rekenkamer gaat ervan uit dat de informatie over gepensioneerde militairen door het Ministerie van Defensie geleverd kan worden. Tijdens het onderzoek «Buitenlandvergoedingen rijksambtenaren 2002–2008» zijn hierover geen gegevens verzameld.

3

Is er een schatting te geven van de foutmarge in het aantal gedetacheerden, aangezien de informatie bij de verschillende departementen door registratieproblemen niet compleet was?

Nee. De informatie over de gedetacheerden die de departementen ons hebben verstrekt, hebben we voor dit onderzoek als hard gegeven beschouwd. We sluiten niet uit dat vanwege registratieproblemen de verstrekte informatie over detacheringen uiteindelijk incompleet is. Een echte foutmarge daarvoor kunnen we niet schatten. Gezien alle inspanningen om de gegevens te verzamelen, kan het echter om niet meer dan een beperkt aantal gevallen gaan.


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Weekers (VVD), Van Haersma Buma (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Aptroot (VVD), voorzitter, Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Omtzigt (CDA), Koşer Kaya (D66), Luijben (SP), Van der Veen (PvdA), Kalma (PvdA), Van Gerven (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (CU), Van Dijck (PVV), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD), Heijnen (PvdA), Tang (PvdA), Vos (PvdA), ondervoorzitter, Bashir (SP), Sap (GL) en Vacature (CDA).

Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van der Burg (VVD), Jonker (CDA), Snijder-Hazelhoff (VVD), De Vries (CDA), Van Hijum (CDA), Van Beek (VVD), Boekestijn (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Van der Ham (D66), Gerkens (SP), Vermeij (PvdA), Kuiken (PvdA), Kant (SP), Vacature (CDA), Anker (CU), De Roon (PVV), Irrgang (SP), Thieme (PvdD), Linhard (PvdA), Besselink (PvdA), Depla (PvdA), Roemer (SP), Vendrik (GL) en Mastwijk (CDA).

XNoot
2

Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), Halsema (GL), Van der Staaij (SGP), De Pater-van der Meer (CDA), Van Bochove (CDA), Gerkens (SP), Sterk (CDA), Leerdam (PvdA), voorzitter, De Krom (VVD), ondervoorzitter, Griffith (VVD), Boelhouwer (PvdA), Algra (CDA), Irrgang (SP), Kalma (PvdA), Schinkelshoek (CDA), Van der Burg (VVD), Brinkman (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Thieme (PvdD), Kuiken (PvdA), Leijten (SP), Heijnen (PvdA), Bilder (CDA) en Anker (CU).

Plv. leden: Teeven (VVD), Azough (GL), Van der Vlies (SGP), Joldersma (CDA), Smilde (CDA), Polderman (SP), Spies (CDA), Wolbert (PvdA), Aptroot (VVD), Zijlstra (VVD), Vermeij (PvdA), Knops (CDA), Van Gerven (SP), Heerts (PvdA), Çörüz (CDA), Remkes (VVD), De Roon (PVV), Van der Ham (D66), Van Bommel (SP), Ouwehand (PvdD), Timmer (PvdA), De Wit (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Van Haersma Buma (CDA) en Cramer (CU).

XNoot
3

Samenstelling:

Leden: Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Waalkens (PvdA), Çörüz (CDA), Ormel (CDA), voorzitter, Ferrier (CDA), Van Velzen (SP), Nicolaï (VVD), De Nerée tot Babberich (CDA), Haverkamp (CDA), Blom (PvdA), Eijsink (PvdA), Van Dam (PvdA), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Irrgang (SP), Knops (CDA), De Roon (PVV), Boekestijn (VVD), Voordewind (CU), Pechtold (D66), ondervoorzitter, Ten Broeke (VVD), Van Raak (SP), Gill’ard (PvdA), Thieme (PvdD) en Peters (GL).

Plv. leden: De Wit (SP), Van der Vlies (SGP), Vermeij (PvdA), Omtzigt (CDA), Spies (CDA), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Van Dijk (SP), Van Miltenburg (VVD), Ten Hoopen (CDA), Jonker (CDA), Boelhouwer (PvdA), Leerdam (PvdA), Arib (PvdA), Neppérus (VVD), Lempens (SP), Schermers (CDA), Wilders (PVV), Griffith (VVD), Wiegman-van Meppelen Scheppink (CU), Koşer Kaya (D66), Van Beek (VVD), Gesthuizen (SP), Samsom (PvdA), Ouwehand (PvdD) en Vendrik (GL).

XNoot
1

Ambtenarenwet, artikel 1, lid 1: Ambtenaar in de zin van deze wet is degene, die is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn. Lid 2. Tot den openbaren dienst behooren alle diensten en bedrijven door den Staat en de openbare lichamen beheerd. Lid 3. Niet is ambtenaar in de zin van deze wet degene, met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is gesloten. Lid 4. Tenzij het tegendeel blijkt, zijn in deze wet onder ambtenaren gewezen ambtenaren begrepen.

Naar boven