31 910 Buitenlandvergoedingen rijksambtenaren 2002–2008

Nr. 13 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 mei 2011

Op 6 april jl. heeft de commissie voor de Rijksuitgaven mij per brief een inbreng van feitelijke vragen (2011Z07074/2011D17583) aangeboden over het rapport van de Algemene Rekenkamer «Buitenlandvergoedingen rijksambtenaren 2002–2008» (Kamerstuk 31 910, nr. 12).

Daarbij was het verzoek aan mij om de coördinatie van de beantwoording te verzorgen, zo nodig vragen door te geleiden naar andere bewindspersonen, en de antwoorden uiterlijk 28 april 2011 bij de Kamer aan te bieden.

Het is niet mogelijk de vragen binnen de gestelde termijn te beantwoorden. De reden hiervan is dat nog niet alle gegevens zijn verkregen.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner

Naar boven