31 904
Wijziging van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998, tot versterking van de werking van de gasmarkt, verbetering van de voorzieningszekerheid en houdende regels met betrekking tot de voorrang voor duurzame elektriciteit, alsmede enkele andere wijzigingen van deze wetten

nr. 39
AMENDEMENT VAN HET LID ZIJLSTRA

Ontvangen 21 januari 2010

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Het in artikel II, onderdeel K, voorgestelde artikel 24a wordt als volgt gewijzigd:

1. Het vierde lid komt te luiden:

4. Een producent in een congestiegebied die zijn voorgenomen productiehoeveelheid niet of niet geheel mag produceren, betaalt een bedrag aan de netbeheerder als tegemoetkoming in de kosten die de netbeheerder maakt voor een corresponderende hoeveelheid ingezette productie buiten het congestiegebied conform het zevende lid. Het bedrag kan verschillen voor verschillende producenten in het congestiegebied.

2. Onder vernummering van het vijfde tot en met het negende lid tot zesde tot en met het tiende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

5. Het tarief, bedoeld in het eerste lid van artikel 29, dient mede ter dekking van de kosten die voor de netbeheerder die congestiemanagement toepast, resulteren na toepassing van het vierde en zevende lid.

3. Het zesde lid komt te luiden:

6. Een producent in een congestiegebied die zijn voorgenomen productiehoeveelheid niet of niet geheel mag produceren, is verplicht zijn productie met de door de netbeheerder opgegeven hoeveelheid te verminderen.

4. Het zevende lid komt te luiden:

7. Een producent buiten een congestiegebied is verplicht op verzoek van een netbeheerder die congestiemanagement toepast, de productie met de door de netbeheerder opgegeven hoeveelheid te verhogen. De netbeheerder betaalt hiervoor een vergoeding.

5. Het achtste lid, onderdeel d, komt te luiden:

d. de totstandkoming van het bedrag bedoeld in het vierde lid en van de vergoeding, bedoeld in het zevende lid;.

6. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma en het woord «en», worden aan het achtste lid de onderdelen e en f toegevoegd, luidende:

e. De introductie van een maximum bedrag voor het opregelen door een producent buiten het congestiegebied en een minimum bedrag voor het afregelen door een producent binnen het congestiegebied, die beide nader worden vastgesteld door de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit na overleg met de representatieve organisaties als bedoeld in artikel 33 lid 1; en

f. de introductie van individuele transportprogramma’s voor iedere productie-installatie.

II

Het in artikel II, voorgestelde onderdeel R, tweede lid, komt te luiden:

2. In het eerste lid worden onder vervanging van de punt aan het einde van onderdeel d door «en» een onderdeel toegevoegd, luidende:

e. de gemaakte kosten voor investeringen, bedoeld in artikel 20d of 20e, tweede of derde lid, voor zover de kosten als doelmatig zijn beoordeeld door de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit.

III

Artikel II, onderdeel V, wordt als volgt gewijzigd: Het derde lid komt te luiden:

3. In het eerste lid, onderdeel b, wordt na artikel 24, eerste en derde lid, ingevoegd: 24a, eerste, tweede, zesde tot en met tiende lid,.

Toelichting

Het gewijzigde voorstel van de minister, geïntroduceerd bij brief van 18 december 2009 met kenmerk ET/EM / 9 228 134 en vastgelegd in de derde nota van wijziging, legt de kosten van congestiemanagement primair neer bij producenten waarop congestiemanagement van toepassing is. Daarbij merkt de minister op dat producenten van duurzame elektriciteit niet vallen onder de groep van producenten waarop congestiemanagement wordt toegepast omdat zij voorrang bij transport krijgen.

Vooropgesteld moet worden dat het doel van de wet, te weten het bij voorrang transporteren van duurzame elektriciteit, wordt bereikt, ongeacht de wijze van kostenallocatie.

Het voorstel van de minister strookt evenwel niet met het systeem van de Elektriciteitswet 1998. Daarnaast leidt het voorstel ertoe dat netbeheerders gedwongen worden hun natuurlijke dominante machtspositie te misbruiken door de kosten slechts neer te leggen bij producenten waarop congestiemanagement van toepassing is. Dit is in strijd met de artikelen 106 en 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. In tegenstelling tot de redenering zoals gehanteerd door de minister, vormt de voorgenomen kostenallocatie een ongerechtvaardigde vorm van discriminatie tussen producenten.

Dit amendement beoogt de kosten van congestiemanagement te socialiseren conform het systeem van de Elektriciteitswet 1998. Ten slotte laat dit amendement de nadere uitwerking van enkele zaken met betrekking tot congestiemanagement over aan lagere regelgeving.

Congestie vloeit voort uit een tekort aan transportcapaciteit. Netbeheerders hebben ingevolge de Elektriciteitswet 1998 onder meer tot taak congestie te voorkomen of, indien dat niet mogelijk is, congestie structureel op te lossen. Dit geschiedt primair door de netten te onderhouden en uit te breiden. Op deze wijze zijn netbeheerders in staat hun primaire taak uit te voeren, te weten het transport van elektriciteit. Zodoende bestaat er een nauwe verwevenheid tussen congestiemanagement en genoemde andere taken van de netbeheerder.

Anders geformuleerd kan men stellen dat congestie zich niet voordoet indien de uitbreiding van transportcapaciteit tijdig gerealiseerd kan worden.

Kan uitbreiding niet tijdig gerealiseerd worden, dan is er een aanmerkelijke kans op congestie. De kosten die ontstaan bij het managen van die congestie treedt feitelijk in de plaats van onder meer de investeringskosten die anders al gemaakt zouden zijn ter uitbreiding van de transportcapaciteit. De netbeheerder, en niet de verbruikers, profiteert in die zin van uitstel van investeringen.

Nu ingevolge de Elektriciteitswet 1998 zowel de kosten van onderhoud en uitbreiding van netten als de kosten van het transport over deze netten gesocialiseerd worden door het transporttarief dat netbeheerders in rekening brengen, dienen hier nauw mee verband houdende kosten zoals congestiekosten op dezelfde wijze verdeeld te worden.

Producenten van duurzame elektriciteit betalen niet aan hun eigen voorrang mee omdat alle producenten momenteel zijn vrijgesteld van het betalen van dit transporttarief.

Doorbreking van het systeem van de Elektriciteitswet 1998 kan niet gerechtvaardigd worden door het beroep van de minister op de kostenefficiëntie, in het bijzonder het risico van gaming. Nog afgezien van de vraag of dit niet nader uitgewerkte of onderbouwde risico van gaming een serieus risico vormt, stelt het in opdracht van de minister opgestelde rapport van D-cision/Brattle dat de voorgestelde kostenallocatie mogelijk slechts een beperkte prikkel bevat om meer competitief te bieden.

Alternatieve, minder ingrijpende, methoden zoals het introduceren van een maximum bedrag voor het opregelen buiten het congestiegebied en een minimum bedrag voor het afregelen binnen het congestiegebied en het hanteren van individuele transportprogramma’s voor iedere productie-installatie, bieden, in aanvulling op de bestaande bevoegdheden van de Energiekamer, voldoende soelaas. Deze bedragen kunnen worden vastgesteld door de Energiekamer, na consultatie van representatieve organisaties.

Zijlstra

Naar boven