nr. 15
AMENDEMENT VAN HET LID JANSEN
Ontvangen 20 oktober 2009
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel H, punt 1, wordt artikel 7, eerste lid, tweede
volzin, vervangen door: Het bedrag van dat voorschot en die vergoeding is € 11
voor natuurlijke personen en € 450 voor rechtspersonen. De in de
tweede volzin genoemde bedragen kunnen bij algemene maatregel van bestuur
worden gewijzigd voorzover de consumentenprijsindex daartoe aanleiding geeft.
II
In artikel I, onderdeel I, wordt artikel 8 vervangen door:
Artikel 8
Voor het door de huurcommissie uitbrengen van een advies als bedoeld in
artikel 5, vierde lid, is door de verzoeker een vergoeding aan de Staat verschuldigd,
waarvan het bedrag € 11 voor natuurlijke personen en € 450
voor rechtspersonen is. De in de eerste volzin genoemde bedragen kunnen bij
algemene maatregel van bestuur worden gewijzigd voorzover de consumentenprijsindex
daartoe aanleiding geeft.
Toelichting
De hoogte van de leges is medebepalend voor de laag- of hoogdrempelige
toegang tot de huurcommissie.
Direct na de invoering van leges in 1999 is het aantal door huurders aanhangig
gemaakte zaken voor de huurcommissie sterk teruggelopen. Dat is een sterke
aanwijzing dat de leges een forse drempel vormen om een geschil aanhangig
te maken. De verhoging van de leges voor de huurder van € 11 naar € 25
verhoogt deze drempel verder.
De indiener vindt dat ongewenst. Het amendement regelt dat de hoogte van
de leges in de wet bepaald wordt, waarbij de leges voor de huurder (en de
kleine verhuurder) gehandhaafd blijven op het bestaande niveau. Wel
worden de leges geïndexeerd. Dezelfde legesbedragen gelden ook wanneer
er sprake is van woonruimte met een geliberaliseerde huurprijs.
Jansen