Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juni 2012
Hierbij ontvangt u de «was-wordt» overzichten inzake de nieuwe begrotingsstructuur.
U heeft gevraagd om de onderstaande «was-wordt» overzichten:
Ad 1. en 2. Doelen en Operationele Doelen
In bijlage 1 treft u een overzicht aan van de algemene doelstellingen en artikelonderdelen/operationele
doelstellingen zoals deze zijn geformuleerd ten behoeve van de ontwerpbegroting 20131. Deze zijn afgezet tegen de algemene doelstelling en operationele doelstellingen
vanuit de vanuit de VBTB-begroting 2012. Conform de richtlijnen omtrent «Verantwoord
Begroten» wordt er niet meer gesproken over operationele doelen. De financiële instrumenten
worden in de nieuwe begrotingsstructuur geclusterd naar artikelonderdeel.
De vergelijking van de algemene doelstellingen en de artikelonderdelen ten behoeve
van OB2013 met de VBTB-begroting 2012 is niet eenduidig te maken, aangezien:
-
– de richtlijnen «Verantwoord Begroten» zijn doorgevoerd;
-
– een uniforme indelingsprincipe van de beleidsartikelen (zie ook antwoord 9 van Kamerstuk
33 000 XII, nr. 127) is doorgevoerd, waarbij de begroting 2012 nog verschillende principes kende.
Ad 3. Ministeriele verantwoordelijkheid
Het specifiek beschrijven van de rol en verantwoordelijkheid van de minister op basis
van voorschreven rollen is een nieuw element als gevolg van «Verantwoord Begroten».
In de OB2012 is dit beperkter opgenomen. Ook hierbij geldt dat er voor de ministeriele
verantwoordelijkheid in de oude structuur niet een eenduidige vergelijking kan worden
gemaakt met de nieuwe structuur, temeer omdat de verantwoordelijkheid van 1 artikel
in de oude begroting geconverteerd kan zijn naar meerdere artikelen in de nieuwe begrotingsstructuur
en omgekeerd. In bijlage 2 treft u de rollen en verantwoordelijkheden aan op basis
van de nieuwe begrotingsstructuur in relatie tot de verantwoordelijkheid uit de begroting 20121.
Ad 4. Indicatoren en streefwaarden
Bij het bepalen van en het nader uitwerken van de begrotingsstructuur is de beleidsmatige
opgave van IenM, en de daarbij behorende (algemene) doelen, leidend geweest. Vervolgens
zijn conform «Verantwoord Begroten» de daarbij behorende rollen en verantwoordelijkheden
beschreven. De huidige indicatoren en kengetallen, zoals opgenomen in de begroting
2012 zijn nog van kracht, over deze indicatoren en kengetallen zal ook verantwoording
worden afgelegd. Op dit moment wordt bezien in hoeverre deze indicatoren en kengetallen
nog van kracht zullen zijn bij de ontwerpbegroting 2013 en/of deze elders worden opgenomen
dan in de ontwerpbegroting 2013. In bijlage 3 treft u een «was-wordt» overzicht van
de indicatoren en kengetallen aan, waarbij in de toelichting de voortgang is opgenomen
over nieuwe indicatoren en kengetallen inzake de herziening1.
Het gehele conversietraject is met betrokkenheid van het ministerie van Financiën
vormgegeven, dit mede gezien het doorvoeren van de principes rondom «Verantwoord Begroten».
Ook de inhoud van deze bijlagen zijn in afstemming met Financiën opgesteld. Over de
precieze formulering van de algemene doelstellingen, rollen/verantwoordelijkheden
en indicatoren/kengetallen vindt nog wel overleg plaats. Deze zullen op korte termijn
ook met de Algemene Rekenkamer worden besproken. De opmerkingen van de Algemene Rekenkamer
en die vanuit uw Kamer worden, rekening houdend met de VB-richtlijnen zoals overeengekomen
met de TK, betrokken bij het definitief opstellen van de inhoud van de ontwerpbegroting
2013, die aan u wordt aangeboden op Prinsjesdag.
Ik ga er vanuit u voldoende te hebben geïnformeerd en ben uiteraard bereid om met
u in overleg te gaan over de nieuwe begrotingsstructuur.
De minister van Infrastructuur en Milieu,
M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus